368
paar secondenboem! daar dondert van het vlaggeschip een kanon
schot over de in de haven liggende oorlogsschepen: onmiddellijk daarop
weerklinken op de verschillende schepen trompetsignalen, vermengd met
de schrille tonen der sirenen. Het is „overal" geweest, zooals de gebrui
kelijke term bij onze marine luidt. De matrozen, uit hunne droomen
opgeschrikt, vangen hunne dagelijksche werkzaamheden weer aan. In
vijf minuten hebben do slapers hunne hangmatten verlaten, en deze,
behoorlijk opgerold, op de daarvoor bestemde plaatsen weggeborgen. Ka
het verstrijken dezer vijf minuten klinkt nogmaals de signaalfluit; do
matrozen beginnen nu het dek te zwabberen, na afloop waarvan zjj
zich zelf kunnen gaan wasschen. Het is intusschen zeven uur geworden.
De sirene waarschuwt met haar doordringend gegil, dat het tijd is voor-
het morgeneten, waarvoor drie kwartier rust wordt gegeven. Ka afloop
van het eten worden eenige matrozen aangewezen voor het blank poetsen
van het koperwerk en dergelijke werkzaamheden, een ander deel wordt
nogmaals aan het dekzwabberen gezet, terwijl ook een gedeelte zich
bezig houdt met het schoonmaken der kanonnen. Om tien uur wordt
een kwartier rust gegeven, gedurende welken tijd gerookt mag worden
"Vervolgens wordt door het geheel wederom het dek gezwabberd. Om
kwart voor twaalf verschijnen de eerste officier, de dokter en een offic er
van administra-ie, om de kwaliteit en de toebereiding van het middag
eten na te gaan. Hierbij zijn ook eenige dek- en onderofficieren tegen
woordig. Om twaalf uur roept een fluitsignaal de Jantjes ton eten. De
matrozen hebben nu verder vrij tot twee uur en, nadat daartoe dooi
de scheepsbel het teelten gegeven is, mag er ook'gerookt worden. De
tijd tusschen twaalf en twee uur 's middags is des zomers voor de ma
trozen de aangenaamste tijd van den dag. Is het schip in volle zee,
dan vermaken zij zich met allerlei spelen, alom weerklinkt Japansche
muziek en menige grap wordt uitgehaald. Doch in de eerste plaats be
hoort bij dit alles rekening te worden gehouden met de inzichten van
den commandant.
Om twee uur weer een signaal; trnmpet en fluit geven het teeken.
dat de tijd voor de eigenlijke oefeningen is aangebroken, die tot vier
uur duren. Vervolgens wordt het avondeten gebruikt. Ka afloop hiervan
wordt wederom een signaal gegeven het is "rijd om te gaan baden. De
matrozen nomen een bad in zee, en keeren daarna weer naar hun schip
terug, om een beter plunje aan te trekken. Ku mogen zij, die verlof
hebben aan wal te gaan, het schip verlaten en behoeven eerst weder
bij het aanbreken van den volgenden morgen aanwezig te zijn. Over
de aan boord blijvende manschappen wordt aan dek appel gehouden,
waarbij ieder aan moet treden op die plaats, welke hij in het gevecht
zou innemen. De commandant, de eerste officier en eenige onderofficie
ren zijn bij dit appèl tegenwoordig er voigt nog de eene of andeie
oefening, na afloop waarvan het dek dien dag voor het laatst nog eens
gezwabberd wordt. Kadat dit achter den rug is hebben de matrozen
weer vrij, waarbij het rooken ook is toegestaan.
Het begint langzamerhand donker te worden, en wanneer de zon op
het punt staat in zee te zinken, wordt de vlag gestreken, waarbij de
bemanning op het dek is aangetreden, en, in de houding staande, het
eerbewijs breDgt. legelijkertijd doet zich van alle schepen het Japansche
volkslied „Kimigayo" (De keizer leve hooren. Den volgenden morgen,