459
De Rechtstoestand Dan Ambtenaren in Dederlandsch-
Dndischen Dienst,
Bij besluit van den Gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië van
5 October 1905 no. 33 werden de statuten goedgekeurd van eeno
vereeniging, zich noemende: „Bond ter verkrijging van rechts
toestand voor ambtenaren in Nederland sch-Indischen
dienst." Haar doel is: de verkrijging van eene bij algemeene veror
dening geregelde positie voor ambtenaren, door eenig openbaar gezag
aangesteld.
»uit het besef bij de ambtenaren van het ongerijmde, het onhoudbare
van een toestand, waarbij de belangrijkste beslissingen, om zoo te zeggen
a l'impro viste genomen kunnen worden, en waarbij bovendien geschillen
tusschen het gouvernement en zijne ambtenaren betreffende de onderwerpen,
die wèl geregeld zijn, beslist worden door een der partijen zelve (het gou
vernement) en dan nog zonder dat deze aan het in acht nemen van eenigerlei
vorm of regel gebonden is, ja zelfs zonder dat de andere partij behoeft te
worden gehoord!" Met aandacht volgt de vereeniging wat in Holland
geschreven en gesproken wordt met het oog op de rechteloosheid,^ waarin
de ambtenaren daar te lande verkeeren. »Zij krijgen in den regel bij hunne
benoeming een schriftelijke aanstelling, maar hebben er geen recht opzij
ontvangen in den regel hun salaris in maandelijksche of driemaandelijksche
termijnen, maar zij hebben er geen recht opde in uitzicht gestelde ver
hoogingen worden hun gewoonlijk niet onthouden, maar recht hebben zij
er niet op zij hebben in den regel vacantiedagen en krijgen verlof wegens
ziekte, maar recht op verlof hebben zij nietzij worden in den regel wel
gehoord, eer ze disciplinair gestraft worden, maar 't recht om gehoord of
geroepen te worden, kennen zij nietze worden in den regel in hunne
betrekking gehandhaafd, zoolang ze hun plicht doen en geschikt zijn, maar
van een recht hierop is geen sprake, enz. enz."
De bond bestaat thans uit 102 zelfstandige leden der vereeniging:
Bond van post- en telegraafambtenaren, 113 leden van het
Nederlandsch-Indisch Onderwjjzers-genootschap, allen woonachtig in de
residentie Batavia, zijnde de bond te Batavia gevestigd. De wensch is
echter, dat buiten Batavia zich afdeelingen van den bond zullen vormen.
De vereeniging heeft tot dusver te kampen gehad met de moeilijkheden,
welke elke nieuwe en jonge vereeniging ondervindt, tengevolge van
onvoldoende bekendheid met haar streven, mutatiën in het bestuur, de
onzekerheid omtrent den weg, dien men heeft in te slaan.
De vereeniging trad het strijdperk in met de gedachte, dat „zij, die
met uitvoerend gezag zijn bekleed en die, vooral in Indië, gewend zijn
om in ruime mate op dat gezag te steunen, in de laatste plaats van
het nut en de noodzakelijkheid der door haar op touw gezette beweging
overtuigd zullen worden, en dat zij hunne moeilijk te ontberen medewer
king eerst zullen verleenen, nadat langdurige aktie harerzijds zal hebben
aangetoond, dat lo. handhaving van orde en van een goeden geest in
een°ambtenaarskorps uitsluitend met gebruikmaking van absoluut gezag
niet meer past in het kader van onzen tijd;
2o. een onpersoonlijk onpartijdig gezag (scheidsgerecht of administratieve
rechtspraak) zelfs in het belang van de Lande voor het absolute in de
plaats kan treden.
Instede dus van den zeer verklaarbaren tegenstand van vele autoritei
ten teo-en de beoogde maatregelen als voorwendsel aan te voeren om
zich niet bij den Bond aan te sluiten, meende men, moest veeleer die