677
middehte rij groote of zoogenaamde ballonknoopen, de beide andere
middelsoort of zoogenaamde half-ballonknoopen.
c. De schouderpassanten zijn van het in figuur III der bij dit besluit
behoorende plaat aangegeven model, met dien verstande dat het koord
overeenstemt met dat van de borsttressen en de knoop met de hierboven
onder b vermelde half-ballonknoopen en dat op den linkerpassant een
kneveltje en onder dien passant een zwart overtrokken knoopje is aan
gebracht, een en ander tot bevestiging van het in artikel zes hierna
bedoelde halssnoer.
d. Yoor de groote tenue zijn de borsttressen en de schouderpassanten
van dezelfde modellen als voor de overige tenues.
e De zakken aan de achterzijde in de panden en de versiering in de
uitmonsteringskleur om die zakken komen te vervallen.
f. De versieringen in de uitmonsteringskleur op den rug en ter weers
zijden op de panden worden vervangen door versieringen van fijn zwart
kemelsgaren tres, breed drie en een halve millimeter, en overigens van
het in figuur II der bij dit besluit behoorende plaat aangegeven model.
g Aan de achterzijde in de taille aan weerskanten op de sub f
bedoelde versierit g op den rug wordt een zwart kemelsgaren zoogenaamde
half ballonknoop gedragen.
Artikel 5.
De blauwe attila ondergaat voor de militairen beneden den rang van
Adjudant-onderofficier de navolgende wijzigingen:
a De uiteinden van den kraag, die drie tot drie en een halve centi
meter hoog is, sluiten rechtstandig tegen elkander aan.
b. De borst is voorzien van zes tressen van plat zwart wollen tres,
breed vijf millimeter, en van drie rijen van zes metalen knoopen, de
middelste rij zorgenaamde ballonknoopen, de buitenste rij zoogenaamde
half-ballonknoopen, en wordt gesloten op de wijze, als in figuur I der
bij dit Besluit behoorende plaat is aangegeven.
c. De schouderpassanten zijn van vierkant, vijf millimeter dik koord
van zwart saai, doch overigens van het in pnnt c van het vorig artikel
aangegeven model met een knoop van het bestaande model.
d. Yoor de groote tenue geldt hetzelfde, als in punt d van artikel
vier ten aanzien van de attila der officieren is bepaald.
e. De zakken aan de achterzijde in de panden en die in de voering
van de linkerborst worden vervangen door een rechter- en een linker
borstzak der in het vorig artikel bedoelde attila voorgeschreven model.
De versieringen in de uitmonsteringskleur op den rug en aan
weerszijden op de panden worden vervangen door versieringen van plat
zwart wollen tres, breed vijf millimeter, doch overigens van het in punt
f van artikel vier aangegeven model.
Artikel 6.
In groote tenue wordt over de blauwe attila een halssnoer gedragen,
voor de hoofd- en subalterne officieren van het voor hunne ranggenooten
van het leger hier te lande thans voorgeschreven model, met het snoer
van goud- of zilverkoord al naarmate de band der pet van goud of
zilver is, voor de militairen beneden den rang van officier van het
voor de tweede luitenants geldende model met dien verstande evenwel
