- 790 gegevens niet juist na te gaan, doch wij kennen velen, die, nadat zij als militieplichtige in Indië gedetacheerd zijn geweest, het zoo goed bevallen was, dat zij nogmaals als zoodanig gingen, ja zelfs voor de derde maal, en zich daarna voor goed verbon den, om na afloop daarvan (na 15 dienstjaren in de tropen) op betrekkelijk jeugdigen leeftijd, met een pensioen in het Vaderland terug te keeren en daardoor steeds voor gebrek ge vrijwaard te zijn. Moge dat aantal van hen steeds toenemen; dit zal zoowel het Indische leger als de Indische en de Holland- sche maatschappij zeer ten goede komen. Geregelde aanvulling van het Nederlandsche contingent voor het Indische Leger zal, n. o. m. gezocht moeten worden in een ruimere bekendmaking en eene aanmoediging tot voortdurende toepassing van het K. B. tot detacheering van militieplichtigen, waarmede reeds gepaard gaat eene spoedige uitzending naar de koloniën, omdat die diensttijd ingaat met den dag van ont scheping in die gewesten. Het spoediger uitzenden naar Indië, dan tot nu toe geschiedt, zal de lust tot dienstneming voor onze „Oost" zeer bevorderen. Zij toch, die zich voor onze koloniën verbinden, doen dat niet om hier te lande geruimen tijd (maanden, soms langer) te blijven; hunne bestemming is Indië, waarheen zij verlangen zoo spoedig mogelijk te vertrekken. Met het uitzenden van detachementen van 40, 50, ja soms zelfs 100 man dient dan toch ook voor goed te worden gebroken. Nu al jaren de gelegenheid bestaat om elke week, hetzij met de stoomschepen van de Maatschappij „Nederland" en met die van de „Rotterdamsche Lloyd", passagiers, dus ook alleen reizende militairen, te vervoeren, levert die spoedige uitzending volstrekt geen bezwaar op. Bovendien is aan de uitzending van alleen-reizende militairen eene groote bezuiniging verbonden, omdat nog altijd aan de gezagvoerders en dokters der schepen, welke detachementen militairen naar Indië overvoeren, eene gratificatie van respectie velijk 5 en 3 gulden per levend overgebracht hoofd wordt toegekend. Waarvoor deze onnoodige uitgaven? Elk passagier heeft recht op vrije geneeskundige behandeling

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 118