- 813 Yoor een afsluiten, zelfs passief, van de voornaamste toe gangswegen van Waterberg naar Ovambo-land kon ook de nu versterkte in 't N. gestationneerde macht niet voldoende geacht worden.' Zij kreeg dan ook terecht, in tegenstelling met wat vroeger aan von G-lasenapp in't O. was opgedragen, die opdracht niet, maar moest slechts door patrouilleeren op de hoogte blij ven van de bewegingen des vijands en bij een aftocht trachten dezen zooveel mogelijk verliezen aan vee toe te brengen. Door de ondervinding en het vrijwel negatieve resultaat zijner tot nu toe ondernomen operatiën geleerd, wilde kolonel Leutwein weer verdere versterkingen afwachten, alvorens de Herero's opnieuw aan te tasten. Met de reeds beschikbare macht had hij intusschen ook al een krachtige colonne kunnen samen stellen, waartoe uit onbegrijpelijke en niet vermelde overwe gingen niet is overgegaan. Bij een oordeelkundig gebruik van de aanwezige troepen, bereden afdeelingen (voor verkenning en vervolging) gecombineerd met de onberedenen, had reeds nu de mogelijkheid bestaan, de nog verspreide Herero's ge voelige slagen toe te brengen. Op Leutwein's last werd nu de hoofdcolonne, 700 man sterk, onder bevel van majoor van Estorff gesteld, met opdrach voeling te houden met den naar 't W. aftrekkenden vijand, groote gevechten te vermijden en in diens O-flank te blijven om hem terugtrekken naar het O. zooveel doenlijk te beletten. Intusschen zou dan een nieuwe hoofdcolonne geformeerd worden, om, in samenwerking met de troepen onder von Estorff en die onder Yolkmann, den vijand aan de Omuramba-u-Omatako of bij den Waterberg aan te vallen en te trachten, hem daar een beslissende nederlaag toe te brengen. De afdeeling onder von Estorff bereikte 9 Mei Onjatu, maar moest toen haar verdere beweging voorloopig staken omdat haar trein (56 wagens, 1020 trekossen, 120 slachtossen) te ver was achtergeraakt. Het duurde tot den 18en vóór deze arri veerde. Hiermede (en uit de boven aangehaalde cijfers) krijgt men eenig denkbeeld van de groote moeilijkheden die de ver pleging voor de Duitschers met zich bracht in een land, dat bijna niets opleverde en bijna overal watergebrek had. Vóórdat Leutwein aan zijn nieuwe plannen, om den tegenstander bij

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 141