Uit de Pers»
In de Nieuwe Soerabaja-Courant van 10 Juli las men o.a.:
Vreemd voorschrift. In het belgische leger geldt ook het voor
schrift, dat geen officier trouwen mag wanneer zijn vrouw niet een be
hoorlijke huwelijksgift meebrengt en als zij niet uit passenden stand is.
Daar kwamen in de Kamer een paar sprekers tegen op. Dat de familie
van een officiersvrouw te goeder naam en faam bekend moet staan, vonden
zij best maar dat de militaire overheid uitmaakt of de keuze van een
officier wel uit voldoende netten stand is, en dat er een huwelijksgift
moet wezen achtten zij verderfelijk. Het kweekt onwettige verbindingen
bij de officieren aan.
Dit voorschrift lijkt ons zoo vreemd en verkeerd niet. Waar het niet
bestaat of waar er de hand mee wordt gelicht, kaD dat aanleiding geven
tot zeer bedenkelijke en betreurenswaardige verhoudingen.
Hetzelfde blad, van 12 Juli, bracht een hoofdartikel over „Kieuwe
Uniformen en nog wat", waarin de schrijver Passe-partout zich eenige
gemakkelijke geestigheden veroorlooft over de vele soorten kleedingstukken,
thans in het leger gedragen. De schrijver vindt voorts, dat het opper
bestuur, dat den minderen militairen vergunning geeft tot het dragen van
de pet, hun ook dat hoofddeksel moest verschaffen, daarbij zijn meening
stavende met de in vele Indische bladen meer en meer gebruikelijke
vriendelijkheden aan het adres van het Leger.
Zoo kunnen ook de best bedoelde maatregelen verdacht gemaakt en
bespot worden, wat trouwens de taak schijnt te zijn, die militaire mede
werkers zich in vele gevallen stellen.
Passe-partout is, blijkens talrijke vroegere opstellen in de N. S. Ct.t
geen officier, doch er zijn nog altijd enkele officieren, die meenen het
couranten-lezend publiek op min of meer geestige wijze te moeten voor
lichten over militaire zaken en dan uitsluitend over wat in hunne oogen
verkeerd is, die verkeerdheden daarbij vergrootend en zoo aan het publiek
een scheeve, ongunstige voorstelling van de legertoestanden te geven.
Over de voortdurecd-mopperende officieren, speciaal ook over hen, die
dat door anonieum courantengeschrijf doen, zegt de Belgische kolonel
Reucker in zijne hoogst interessante „Conférences sur l'éducation militaire
des jeunes officiers" (Revue de 1'Armee Beige 1907 en 1908) o a.L'officier
qui provoque de pareilles consequences, pour la plaisir de faire parade
d un esprit, qui n'est pas toujours de bon aloi, devrait avoir le courage
de se séparer d'une institution a laquelle il fait le plus grand mal par
son esprit de dénigrement a outrance. Qu'il quitte l'armée!
La société de ces officiers est ennuyeux, Messieurs, et leur action est
dissolvante. Etant dépourvus d'illusions, les officiers frondeurs cherchent