891 Deze verkeerde in het idee, dat de ijzeren brug z. o. van de versterking geheel vernield en onbruikbaar was en dat de eventueel vluchtende vijand, dat alleen in de richting van Sibreh zou doen. Daarom bestond de naar de oostzijde gedirigeerde macht ook slechts uit eene brigade. Den maréchaussée's was gelast, de verrassing te doen plaats hebben zonder vuren, dus uitsluitend met de klewang, aan de officieren was evenwel vrijheid gelaten, hiervan af te wijken, zoo zulks dringend noodzakelijk bleek. Een blaffende hond dreigde nog een oogenblik de naderende troepen te zullen verraden. Duidelijk teekende de benteng met het verhoogde schilderhuis boven de poort, zich in het heldere maanlicht af. Met spoed werd de omsingeling volbracht en bijna gelijktijdig begon aan alle vier facen de vernieling en overklimming dei- verticale stekeldraadversperring. Zooals verwacht, gemakkelijk ging 't niet, meermalen te vergeefs beproefden de maréchaussée's hunne klewangs op het taaie draad, met het nadeelige gevolg, dat de bezetting gealar meerd werd en voor een deel op de banketten, de bastions en in het verhoogde schilderhuis verscheen en 4 u. 45' v. m. het vuur op de onzen opende. Yan de afdeeling Stoop kwamen de 6e en 7e brigade over de versperring en bereikten met hun afdeelingscommandant de borstwering aan de zuiderface, tusschen de zich daar be vindende coupure en het Z. W. bastion. Een talrijke vijand ontving hen hier, doch werd met de kle wang teruggeslagen. De maréchaussée's Tichuleruw, No. 21345, Walewangko, No. 9487, Kainama No. 29609, en Kariostiko No. 34424, drongen door de coupure naar binnen en zetten daar op eigen gelegen heid den strijd voort. De 8e brig, kwam voor het Z. W. bastion terecht, waar uit zoo hevig geschoten werd, dat zij er niet in slaagde hier binnen te komen. De luit Stoop haar hachelijken toestand waarnemend, riep middels fluitsignaal de als reserve achtergelaten 5e brigade ter

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 225