913 Hamakari was hem beslist als marschdoel aangegeven, hij- mocht daar dus niet zonder meer van afwijken, alleen om op het geschutvuur af te marcheeren. Echter moet ook erkend worden, dat von der Heijde zich in een zeer moeilijke positie bevond, om een juist besluit te nemen. Pogingen, om door middel van de vonken-telegraaf verbinding met Müller (wegens een ongeluk met zijn paard in zijn commando door von Müh- lefels vervangen) te verkrijgen, waren mislukt; naar 't Z. W. hoorde hij niet vuren, hij kon dus onderstellen, dat de vijand daar afgetrokken was; in 't N. W. werd gevochten en kon zijn hulp misschien van groot gewicht zijn. Het is ook hier weer, als zoo dikwijls in de Krijgsgeschiedenisware zijn initiatief om van zijn oorspronkelijke opdracht af te wijken, met succes bekroond, dan zou von der Heijde de lof niet zijn gespaard; nu dit niet 't geval was, krijgt hij voor een goed deel de schuld van 't mislukken van den aanval op Hamakari. Korten tijd nadat von der Heijde besloten had, in de richting van Waterberg op te rukken, hield het vuren daar op, terwijl daarentegen toen hevig vuur gehoord werd bij Hamakari. Daarom werd toen weer de marsch naar die plaats voort gezet, maar twee kostbare uren waren intusschen weer ver loren. Ook doordat de colonne op haar voorafgaanden marsch eenige malen verdwaald was, was reeds ettelijke uren vruchte loos gemarcheerd. Toch had von der Heijde tijd genoeg gehad, in de voorafgaande dagen, om zijn marschweg te doen ver kennen en door teekens te doen aangeven, een voorzorg, die in het zeer bezwaarlijke terrein genomen had moeten worden. Een zijner officieren had wel meerdere verkenningspatrouilles in het terrein gereden, doch de colonne von der Heijde moest een nachtmarsch doen en op die omstandigheid die de moeilijk heden nog vergroote en op de mogelijkheid dat hooger bedoeld officier kon uitvallen, had gerekend moeten worden, om de kansen op verdwalen tot een minimum terug te brengen. Toen von der Heijde bevel gaf, den marsch naar Waterberg weer te staken en die naar Hamakari opnieuw te beginnen, was zijn troep reeds meer dan 40 uur op weg (den 9en om 6 uur 's avonds was van Omutjatjewa afgemarcheerd), het was- dus hoogst noodzakelijk, eerst rust te houden. Gedurende die-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 247