914 rust bereikte von der Heijde het bevel van von Trotha (per vonken-telegraaf) om onmiddellijk tegen Hanlakari op te rukken. Toen hieraan voldaan werd, werd de colonne op ongeveer 8 K. M van Hamakari in een dicht doornbosch door den vijand aan alle kanten aangevallen. De afstanden tusschen de ver schillende deelen der colonne, spits, voorhoed en hoofdmacht, waren veel te groot genomen (er was blijkaar weer vastge houden aan de voorschriften voor een Europeeschen oorlog), zoodat de Herero's erin konden slagen, elk deel op zichzelf te omsingelen en het den Duitschers slechts met de grootste moeite, onder zware verliezen en nadat de artillerie op korten afstand op de Herero's, die de infanterie insloten, gevuurd had, waarbij ook eenige granaatkartetsen in de rijen der Duitschers insloegen, gelukte, na het invallen der duisternis naar het kamp terug te marcheeren. De afdeeling Muller, nu onder commando van majoor von Mühlenfels, had eveneens eerst bij het aanbreken van den nacht eenige rust gekregen, het vijandelijk vuur begon met de duis ternis te verminderen en de colonne kon zich, verschanst, op het terrein van den strijd handhaven. De gezamenlijke aanval op Hamakari was jammerlijk mislukt, zooals te voren met groote kans van zekerheid voorspeld had kunnen worden. In plaats van een overwinning bij Hamakari kon een ernstige nederlaag voor von der Heijde geboekstaafd worden, terwijl von Mühlenfels het behoud van 't terrein slechts aan het invallen der duisternis te danken had; de vijand bleef hem omringen, zoodat de gecombineerde aanval op Hamakari op niet veel minder dan een dubbel échec was uitgeloopen. De colonnes von Estorff en Deimling hadden hun opdracht, althans 't eerste deel ervan, uitgevoerd en zich in 't bezit gesteld van Otjosongombe x) en Omuweroumue. Deimling, die zijn colonne nog met 1 compagnie en 1/2 batterij van von Fiedler versterkt had, had weinig moeite gehad, om den vijand voor zich uit te drijven. De Herero's, die zeer goed inge licht waren over de sterkte en de bewegingen hunner tegenstan ders, wisten dat Deimling verreweg de grootste macht ouder zijn 1) En niet Waterberg, ingevolge later bekomen last van den opperbevelhebber (zie hierna).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 248