936
vuurmonden werden aangeschaft, maar toch kon het Engelsch
legerbestuur niet nalaten bij de constructie der nieuwe 13 en 18
ponders rekening te houden, met het vele goeed, dat het in de
Duitsche kanonnen had aangetroffen. O. m. voerde het den
buisvorm van het affuitlijf in.
14 Maart 1900 begonnen ook in Noorwegen de proeven met
een Ehrhardt-veldvuurmond met kanonterugloop. Vooral bewon
derde de commissie de groote rust van de affuit tijdens het vuur,
zelfs op rotsachtigen bodem. 7 Juni stelde de commissie voor, de
Noorweegsche veldartillerie om te wapenen met Ehrhardt geschut,
omdat dit de voorkeur verdiende door zijne lichtheid en beweeg
lijkheid en absoluten stilstand van de affuit gedurende bet schie
ten en het snelle en juiste vuur. Zoowel van de firma Schneider-
Canet als van Ehrhardt werd een proef batterij, die eenige wijzigin
gen had ondergaan, gekocht en weder namen de proeven een aan
vang. Toen gebeurde er met een stuk van Ehrhardt het volgende:
De luitenant kolonel Wessel wilde een sectie langs de steile
helling van den Garde-Fjeld omhoog brengen. Daartoe werd eerst
de voorwagen naar boven gebracht, vervolgens door middel van
staaldraad de benedenstaande affuit met den voorwagen verbon
den, ten slotte het geheel door de bespanningen en de bedie
ningsmanschappen voortgetrokken.
Plotseling knapt de sterke staalkabel af en het kanon komt
na talrijke buitelingen aan den voet van de rots te liggen.
Iedereen dacht natuurlijk dat de vuurmond onbruikbaar zou
wezen. Niets bleek minder waar te zijn. De beschadigingen
waren zoo weinig belangrijk dat het stuk onmiddellijk het vuur
had kunnen openen, wanneer de noodzakelijkheid daartoe zou
hebben bestaan. Dat dit voorval niet naliet een diepen indruk
te maken, spreekt wel van zelf.
8 Juni 1901 slaagde de firma Ehrhardt er eindelijk in, een
besliste overwinniug op haar Franschen tegenstander te beha
len, al moesten ook verschillende wijzigingen in het oorspron
kelijke materieel worden aangebracht. Een maand later werd
het contract o. m. voor de levering van 132 snelvuurkanonnen
met voorwagens, 72 caissons, 39600 G. K T. en 33000 hulzen
geteekend. Noorwegen verklaarde zich voorstander van het
uitschuifbare buizensysteem aan de onderaffuit. Dit stelsel
