942
liever in het kort aangeven op welke wijze de firma Ehrhardt
dit beginsel in haar veldaffuiten opnam (zie Fig. 1, 2, 3 en 4).
De onderaffuit (1) is onbeweeglijk met de affuitas verbonden.
De wieg (2) waarop het kanon op de bekende manier naar ach
teren en voren glijdt, ligt in den wiegdrager (3) die op zijn
beurt met zijn schildtappen (4) in de overeenkomstige tappannen
van den schildtappen drager (5) rust, zoodat de wieg in een
verticaal vlak om de schildtappen bewegen kan, terwijl ze in
horizontalen zin om den aan de onderzijde van den sehildtap-
pendrager uitstekenden walsvormigen tap, die in een gat (6)
der affuitas vat, draait. Links van den schildtappendrager is de
arm (7) aangebracht, wiens achtereinde met het toestel voor
de zijdelingsche richting (8) verbonden werd.
Het zal duidelijk zijn, dat de lichtfouten in breedte en hoogte
ontstaan, wanneer het kanon bij het geven der zijdelingsche
richting niet om een loodrecht geplaatsten, doch om een in het
schootsvlak schuinstaanden tap (naar achteren overhellend)
wentelt, wiens as met de verticaal denzelfden hoek maakt als
de zielas met de horinzontaal.
Hoe grooter de elevatie hoe sprekender natuurlijk de fout.
Ook bij de vroegere Ehrhardtaffuiten, toen de wieg nog schar
nierend met de onderaffuit verbonden was, openbaarde zich dit
gebrek, maar tegenwoordig komt het niet meer voor, dank zij
het inschakelen van wieg en schildtappendragerde in het asmid-
den gelegen tap behoudt zijn loodrechten stand bij elke elevatie.
Yoor het geven der hoogterichting dienen de aan weerszij
den der wieg zich bevindende opzetstangen (9); aan de smalle
voorzijde zijn ze getand, terwijl men ze dusdanig cirkelvormig
gebogen heeft, dat het middelpunt in den schildtappenas van
den wiegdrager ligt. De linkeropzetstang is met alle richtmid-
delen uitgerust; de functie der rechter bepaalt zich er toe de
inwerking van het richten en van den terugstoot op de machinerie
gelijkelijk te verdeelen. Door middel der inrichting (10) met hand-
wiel kunnen alleen kanon en wieg op en neer bewogen worden.
In de stilstaande opzetstangen grijpen namelijk in dit geval
een paar tandraderen,, welke die beweging leiden. Het toestel
is aan de rechterzijde van de wieg bevestigd. Men leest de ele
vatie af op de schijf (10a).