959 - cours hippiques door het slijk gesleurd worden, dan moeten wij toestemmen, dat dit meer heeft van een uitknipseltje uit een anoniem scheldartikel in een courant, dan van een gedeelte van een opstel in een vakblad. Welnu deze hooge toon wordt noch gerechtvaardigd door schrijvers eigen prestaties op hippisch gebied, zoowel hier alsin Holland, noch door het feit dat hij eenige jaren bij de zooveel hooger staande Hollandsche Veld-Artillerie heeft gediend. Op het eerste beroept de heer K. zich direct niet, doch op het laatste wel n. 1. op blz. 703. Welnu ook dit recht geef ik hem niet. Ik heb zelf in 1907 vijf maanden bij de Nederlandsche Veld-Artillerie gediend en ik kan niet anders zeggen dan dat ze mij zeer is tegengevallen x). Wel merkt men op dat de offi cieren door de scheiding 2) meer speciale studie van de Bere den Artillerie gemaakt hebben, doch de animo in het paardrijden en de prestaties op concours-hippiques zijn niets beter dan bij ons. Ook maakt de trage promotie dat de hoofdofficieren en de oudste kapiteins leeftijden bezitten, waarop men niet veel vlotheid meer kan eischen, vooral als men daartusschen weer jaren bij de Vesting Artillerie doorbrengt, niet zooals bij ons met een dienstrijpaard, doch zonder paard. Voornamelijk viel mij het rijden der stukrijders tegen. Sinds het verdwijnen der oude vrijwilligers, die vanaf hun achterspan dikwijls meer over de bespanning te zeggen hadden dan een jong wachtmeestertje, bestaat de helft der stukrijders waarmede de batterij des zomers uitrukt uit miliciens, die in October van het jaar daarvoor in dienst zijn gekomen en de andere helft uit dezelfde menschen, nadat ze na de zomeroefeningen den geheelen winter niets anders hebben gedaan dan corveeën. De 1) Dit komt gedeeltelijk omdat ik, evenals de meeste Indische Artillerie officieren erg tegen de Hollandsche Yeld opzag. Dit dateert nog uit den tijd toen de Holland-che Yeld met hare vele vrijwilligers en goed beroepskader werkelijk superieur was. Ik wijs hier tevens op eene groote onrechtvaardigheid tegenover de Indische luitenants, die men be gaat als gevolg van dit ongemotiveerd respect, door n. 1. de bij het Ind. leger gedeta cheerde Hollandsche Yeld-artillerie officieren hunne geheele detacheermgstijd bij de Bere den Artillerie te laten doorbrengen. 2) Die bestaat in Holland feitelijk evenmin, doch wordt daar zoo veel zulks mogelijk is doorgevoerd. Red.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 293