969 Toen kwam de Spaansche successie-oorlog. Lodewijk XIV richtte 100 nieuwe infanterie-regimenten op, maar had geen officieren. Om dit ge brek te verhelpen werden rechtschapen, goed gebouwde jonge edellieden, die ondertusschen zonder eenige militaire kunde waren, als luitenants bij het leger ingedeeld. De gevolgen bleven niet uit. De voortdurende nederlagen werden in de eerste plaats aan de ongeschiktheid van deze officieren geweten. In het jaar 1726 stelde een kabinetsorder de militaire school corps de cadets weer in. Men vormde 6 compagniën van 100 man ieder en bracht die onder in het Kasteel van Vincennes. De Maarschalk de Belle-lsle ontwierp zelf het plan voor het onderwijs. Madame de Pom padour begunstigde de leerlingen in alle opzichten, dikwijls bezichtigde zij de school, woonde de rijoefeningen bij, reikte zelf de officiersepau letten uit. Ómdat het Slot van Vincennes te klein bleek verlangde zij in 1751 van Lodewijk XV den bouw van de groote militaire school op het Champ de Mars te Parijs tegenwoordig kazerne en de over brenging van de school daarheen. De leerlingen kregen nu een zeer elegante uniform bestaande uit een blauwe tot aan de knie reikende rok, scharlaken rood vest, een gelijk gekleurde korte broek, een met gouden tressen voorziene hoed en een degen. Daar de kosten van de militaire school zeer hoog waren, werd deze in 1776 door Lodewijk XVI opgeheven en de leerlingen in pro vinciale scholen verder gevormd. De revolutie vond in de „levée en masse" wel genoeg patriotisch gezinde mannen, maar geen flinke soldaten. Daarom schiep de Nationale Vergadering een korps „d'élèves militaires et d'élèves officiers" genaamd „les enfants de Mars". De Ecole de Mars werd voor de poorten van Parijs in de nabijheid van de Porte Maillot ondergebracht. De leer lingen werden gekleed „a l'antique" en de school naar de mode der revolutie a la romaine in „milleries" (millerion staat gelijk met bataljons commandant) „centuries" (centurion is compagniescommandant) en „dé- curies" (decurion is onderofficier) ingedeeld. De opvoeding der leerlingen wier aantal tot 3292 klom, was zeer streng en had plaats streng afgescheiden van de wereld. Men meende destijds, dat Robespierre de school tot zijne lijfwacht wilde maken. Na zijne terechtstelling werden de leerlingen bij het leger ingelijfd en de school opgeheven. Toen Bonaparte aan het bewind kwam was zijn eerste daad een Ecole spéciale militaire te scheppen, om zoo snel als mogelijk was flinke, goed onderlegde officieren te krijgen. De school, die in het Kasteel Fontaine- bleau werd ondergebracht, stond rechtstreeks onder het ministerie van oorlog. Generaal Foy noemt die school „une pépinière d'exeellents officiers" En met rechtvan de eerste ploeg der tot officier benoemde leerlingen, werden er 40 generaal. Wegens de zware diensten en de weinige vrij heden meldden zich niet genoeg aspiranten voor officier aan. Om dit gebrek te verhelpen gaf Napoleon den beruchten Fouché de opdracht „de faire le recensement des families nobles, qui pouvaient fournir a l'école des candidats de 16 ans. Si l'on fait quelque objection, vous répondrez que e'est mon bon plaisir." Lodewijk XVIII hief de militaire school op en richtte in de gebouwen een het „prytanée" van la Flèche gelijkende „Ecole préparatoire" opj

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 303