995 Ter toelichting nog het volgende Het bovenstaande bevel bevat eenige beschikkingen, welke op de kaart genomen zijn zij moeten derhalve nog door eene verkenning van het terrein bevestigd worden. Hiertoe begeeft de Yoorpostencommandant met de cavalerie zich snel naar Kaloerahan, om zelf te beoordeelen, in hoeverre Veldgeschut, nabij dezen kampong opgesteld, het station onder vuur kan nemen. Blijkt dit niet mogelijk, dan is het niet noodig, de compagnieën zoo ver vooruit te schuiven. Echter zal de verkenning hoogstwaarschijnlijk aantoonen, dat het wel mogelijk is en dan zal de vijand eerst den tegenstand van het voorpostendetachement, zoo noodig versterkt door het gros, moeten breken, om het station onder vuur te kunnen nemen, maar nog vóórdat het zoover gekomen is, nn et de alge- meene reserve te hulp zijn gesneld en de mogelijkheid hiervan betwij felt de Voorpostencommandant. Hij mag dus niet verzuimen, den Bri gadecommandant mede te deelen, hoe en op grond van welke overwe gingen hij zijne troepen heeft opgesteld. Van uit den rand der stukjes koffietuin op den G. Blarak zal het mogelijk zijn den grooten wegnaar Magelang tusschen Kaloerahan en Tempoeran onder krachtig infanterievuur te houden. Ook is van den G. Blarak het ge deelte van den weg tusschen Tempoeran en Wawar in te ziennabij Tempoeran is de afstand zelfs voor geweervuur niet te groot. Zoolang derhalve de G. Blarak door Blauwe troepen bezet is, zal Roode artillerie het station Omba Rfiwa niet onder vuur kunnen nemen. De gemeenschap naar achteren eischt verbetering. De plaats van het gros te Djamboe is ten opzichte van de stelling van het voorpostendetachement niet erg voordeelig, zoowel wegens den grooten afstand als wegens de gesteldheid van den weg. Maar te Djamboe staande, is het gros in staat, vijandelijke afaeelingen, welke luidens berichten der cavalerie te Banjoe Biroe in de richting van Omba Rawa mochten oprukken, over Setra en Kademaken in de flank of in den rug te vallen. Overdag maakt de commandant van het voorpostendetachement ge bruik van de beveiliging, verschaft door het peloton cavalerie te Banaran 's nachts niet. De cavalerie te Banaran en te Banjoe Biroe blijven ook 's nachts ter plaatse; de afstanden, waarop zij vooruitgeschoven zijn, zijn te groot om haar togen het invallen van de duisternis achter de infanterie te laten inrukken, terwijl ze dan den volgenden ochtend eerst denzelfden afstand moeten afleggen om haar dagwerk te beginnen 1). Het tot in bijzonderheden uitwerken van de opstelling der cavalerie, zoo mede van het voorpostendetachement, blijve aan den lezer overgelaten. Verder neemt de Voorpostencommandant tot het snel overbrengen van berichten naar den Brigadecommandant dezelfde maatregelen, als reeds op blz 569 genoemd zjjn. Heeft nu de Voorpostencommandant zich door persoonlijke aanschouwing vaD alles voldoende op de hoogte gesteld en blijken geene veranderingen in de voorloopige opstelling noodig, dan geeft hij zijn tweede voorposten bevel uit, luidende als volgt: Gemengde (1ste) brigade. Djamboe, 23 Mei 1909, 12 u. Inf. 1 en 2, II. 's middags. No. 2. 1) Verg. blz. 573.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 329