1006 11 u. 30' v. m. was men eindelijk met Ana* Galoeng gereed. De bevelhebber met zijn staf begaven zich toen naar de 2e colonne in Ana* Baté. Ook zij kregen vuur van de overzijde der Atjehrivier, dat door een peloton der snelladers van uit het terrein ten N. der versterking en ook uit den noordrand van Sibreh beantwoord werd. De genietroepen hadden opdracht de 70 M. lange noord-face met aanliggende bastions op te ruimen. 20 M. van den zwaren wal, de hoofdpoort en het ooster-bastion, deden zij door 6 bus- kruitladingen van 8 K. G. springen. Het westerbastion, dat grootendeels met zware ijzerhouten planken was opgezet, werd door 5 dynamietladingen van 2.5 K. G. vernield. De rest der face werd afgegraven en het ijzerdraad meegenomen. Nauwelijks stonden de gebouwtjes in brand of het 6e bataljon gmg op last van den colonne commandant, zooveel mogelijk eerst door de droge sawahs ter zijde en toen langs den dijk naar Lambaroe terug. Het halve 7e volgde met de genie, daarop het 3e, met de snelladers in de achterhoede. Alweer kreeg dat bataljon een gewonde van den overkant der rivier. De cavalerie was reeds vóór het half 7e teruggetrokken. Yan de 2e colonne hadden de compagnieën van het 12e bat. de volgende stellingen ingenomen ééne compagnie in Z. O. en Z. W. rand van Gliëng; ééne id. in den Z. O. rand van het hooge terrein zuidwaarts van Ana* Baté; daarmede in verband, leunende aan den Ana* Galoengdijk, eene sectie Berg met dekking; oostwaarts van den dijk tot aan de Atjehrivier weer eene compagnie, of liever eene halve want éene sectie vormde de reeds genoemde artilleriedekking en eene tweede trad van af 8 u. v. m. als be zetting van Ana* Galoeng op. Ook de artilleriedekking sloot zich ten 8 u. 35' bij die bezetting aan en werd vervangen door een peloten van het He. Eene compagnie bevond zich nog in den westrand van Ana* Baté (daarbij de ambulance) en eene de 5e in den noordrand van Kling. Alle troepen maakten front naar het Z., Z. O. of Z. W.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 342