- 1104
toen de patrouille voorwaarts bleef gaan, stegen weldra meer
dere rookwolken tusschen de steenen borstweringen op, terwijl
de eerste steenen langs de helling naar beneden geslingerd werden.
Daar het vuur allengs heviger werd, kon slechts zeer lang-
zaarp en voorzichtig terrein gewonnen worden.
Aan den voet der helling gekomen, viel een overstelpende
steenenregen op de tirailleurs neer; de patrouille bestond echter
uit soldaten, die het beleg van Baroepoe en bestorming van
andere Toradjabentengs medegemaakt haddenhet moreele effect
van zoo'n steenenlawine ging daardoor verloren.
Van den rechtervleugel hoorden wij duidelijk schreeuwen
„Hoera, Celebits! Celebits!" Een welkomstgejuich, dat door de
soldaten van het L. H. 15e. Bataljon Infanterie aangeheven werd,
als zij in bivak terugkeerden.
Ylak bij het bivak Tondon, hoofdplaats van Pengalo had
Poang-Tikoe zich na de overgave van Baroepoe moeten vestigen.
Gedurende de anderhalve maand, dat hij zich aldaar vóór zijn
vlucht bevond, waren zijne volgelingen zeer vriendschappelijk
met de soldaten omgegaan en hadden zoodoende den welkomst
groet „Hoera, Celebes!" overgenomen.
Door dit hoonend gegil konden wij toen opmaken, dat zich
volgelingen van Poang-Tikoe tegenover ons bevonden.
Op 15 M. van den bovenrand kwam de aanval geheel tot
staan; de helling was te steil; er waren slechts twee geulen,
die naar boven liepen, doch daar rolden de steenen onafgebro
ken naar beneden.
Een fuselier was reeds door een' steen op den rechterschou
der buiten gevecht gesteld, terwijl de overigen, waarbij enkele
lichtgewonden (door steenen) gedekt stónden door zich stijf tegen
den rotswand aan te drukken.
Bij de patrouille bevond zich een Toradjaspion, Saramboe ge
naamd, die gehecht was aan den commandant en meermalen
'getoond had zeer betrouwbaar te zijn.
Saramboe.werd met het volgende bericht naar den colonne
commandant in het bivak Paboaran gezonden: „Heb sleutel
stelling aangevallen. Aanval kan met d'e 6é brigade maréchaussée
doorgezet worden. Verzoek die brigade ter versterking met
brenger dezes als gids."
