1192 gemelde Roode afdeelingen te verdrijven? Zijne opdracht spreekt alleen van het dekken van het station OmbÉL Rawa en de spoorlijn van daar tot en met Halte Tempoeran, en zulks in verband met zuiver offensieve bedoelingen van den opperbevelhebber der Blauwe partij. Hieruit volgt, dat hij verplicht is de gemelde, vijandelijke afdeelingen te verdrijven en wel hoe eerder hoe liever, want de Opperbevelhebber der Blauwe partij „wil zonder tijd te verliezen zijne troepen naar het binnen land verplaatsen om te kunnen profiteeren van den nog niet voltooiden strategischen opmarseh der Roode troepen". Alleen dan, wanneer den Brigadecommandant duidelijk blijkt, dat de strategische opmarseh der Roode partij wel voltooid is en dat hij de voorhoede van het geheele Roode Leger te Omba Rawa verwachten kan, zoude eene afwachtende houding toegelaten kunnen worden. Maar zelfs in dat geval is een besluit om aan te vallen nog te verdedigen, omdat de moreele uitwerking van een aanval zelfs door eene numerieke minderheid altijd belangrijk isde slag van Vionville Mars-la-Tour op 16 Aug. 1870 geeft daarvan een schitterend voorbeeld 2). Uit de berichten is niet op te maken, of eene groote, dan wel eene kleine troepenmacht 3) achter de te Bawen en het ten wes'en daarvan gelegen Ngrawan 4) gemelde afdeelingen staat, en zij geven dus geeu aanleiding om aan te nemen, dat de algemeene oorlogstoestand veranderd is De Brigadecommandant besluit derhalve de gemelde vijandelijke afdeelingen te verdrijven Het is 2.45 v. m., wanneer hij even ten noorden van Randoe Koen- ting het laatste van de twee berichten ontvangt. Hij is dan ruim 3 KM. van Bawen verwijderd en kan dus nog gedurende het nachtelijke duister met de vijandelijke afdeelingen in aanraking komen Hij komt nu voor eene tweede vraag te staan, nl. deze: zal hij den aanval dadelijk uitvoeren of wachten, tot de dag aangebroken is? De bezwaren aan een nachtelijken aanval verbonden, behoeven hier niet uitééngezet te worden men vindt ze in ieder goed leerboek over tactiek. Alleen wordt erop gewezen, dat eene zorgvuldige verkenning, waardoor de bezwaren verminderd kunnen worden, hier uitgesloten is. Bovendien zijn de Roode troepen door het verschijnen van de Blauwe cavalerie eenigszins gewaarschuwd. Tegenover deze werkelijk niet geringe bezwaren staat echter de nood zakelijkheid om zonder uitstel in te halen, wat door de bezetting van Omba-Rawa door de Roode troepen verloren is; in verband met den al- 1) Blz. 686. TeD gevilge van eene vergissing wordt hier en later gesproken van GSga Dalem; dit moet zijn Tempoeian. 2) Ter lezing wordt aanbevolen Blume's studie „Selbsttbatigkeit der Führer im Kriege". Beiheft zum -Mil. Wochenblatt 1896 Nr. 10, ook verscheren in de serie Vertalingen en Overdrukken van de Veieeniging ter beoefening van de Krijgswetenschap. 8) Misschien is bet niets anders dan cavalerie en daardoor bi heeft de brigade zich waarlijk niet te laten ophouden. Het zou voor den Bri0adecommandant veel waard geweest zijn, als de berichten liieiomtient inlichtingen hadden gebracht, 's Nachts kan soms de aanwezigheid van caval» rie vastgistcld worden, omdat bij gebruik van dezeltde patroon bij geweer en karabjjn de vuurstraal van een karabijnschot grooter is dan vaneen geweerschot Overdag is cavalerie natuurlijk niet van inlanrerie te onderscheiden, ais de uniformen maar niet veel verschillen en ook de paarden naar behooren opgesteld zyn. 4) Hier wordt gewezen op het dikwijls voorkomen van dezelfde plaatsnamen. Behalve het hier bedoelde Ngrawan ligt er nog een Ngrawan aan de zuidzijde van den grooten wig Omb& Rawii Bawen (Zie ook L. B. V. 7, 6de en 7de zinsnede).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 530