1239 ling van het terrein en oefent deze factor een zeer grooten invloed uit op het totaal aantal aanslagen. Tot nu toe is steeds aangenomen, dat gevuurd werd op een vast, dus stilstaand doel, thans wil ik trachten een beeld te geven van de bezwaren, die verbonden zijn aan het vuren op bewegende doe len, daarbij alweer aannemende, dat het terrein een hoek maakt met de richtlijn, kleiner dan 180°, b.v. doordat de batterij hooger ligt dan het terrein, waarover het doel zich beweegt. De schietregels (punt 75) geven aan, dat het inschieten kan plaats hebben öf tegen het doel zelf of tegen een hulpdoel, waar voor dan slechts punten in aanmerking komen, waarlangs het doel voorbij moet trekken. Beide methodes kunnen in bergterrein tot op zekere hoogte toepassing vinden. Wordt ingeschoten op het doel zelf, dan gelden dezelfde regels als in vlak terrein. Hierbij is inschieten met GK.L.S. alleen mogelijk, wanneer de kogelaanslagen van de G.K. zijn waar te nemenis dat niet het geval, dan is deze wijze van inschieten uitgesloten, omdat het -f- of waarnemen der springpunten zeer bezwaarlijk is. Men zou hieruit oppervlakkig beschouwd kunnen afleiden, dat het dan ook zeer bezwaarlijk is, om uit te maken wanneer bij het voortgezet vuur de schoten -f- vallen m. a. w. wanneer bij een naderend doel met 200 a 400 M. moet worden teruggegaan. Doch het -f- vallen der schoten bij het G.K. T. vuur, kondigt zich dan vanzelf aan door het verkrijgen van aanslagen het sein voor den B.C. om onmiddellijk terug te gaan 1). Fig. 5 waarin wordt voorgesteld dat het doel is genaderd van a. tot b. geeft hiervan een beeld. Bij indirecte richting is de vorengenoemde wijze van vuren al leen mogelijk, wanneer de telkens veranderende terreinhoek in reke - ning wordt gebrachthiervoor is het echter noodig, dat deB. C. be schikt over een hoekmeetinstrument en zijn opstellingsplaats niet te veel vóór of achter hooger of lager bevindt dan die zijner batterij I) Is het terrein van dien aard, dat kogelaanslagen kunnen worden waargenomen, dan kan uit den aard der zaak reeds hierin een aanwijzing worden gevonden om terug te gaan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 579