- 734 - officier te worden. Energisch ingrijpen alleen kan baten, wil het Leger in de hoogere rangen jong blijven. Geschiedt dit niet, dan herstelt zich later ook wel weer een soort van evenwichts toestand, maar ten koste van het gehaltehet zijn dan niet langer de besten, die aanblijven, maar zij, die het grootste uithoudings vermogen hebben, en de G. G. kan dan den Koning van Italië (of een zijner Ministers) nazeggen: „In geval van oorlog moet ik beginnen met mijne Leger- (Korps) commandanten te vervangen". Zeker, de stelling lijkt hard, misschien zelfs zeer hard, doch bij een toelatingsexamen wordt toch niet anders gedaan. En is het intellect werkelijk zoo gestegen, dat er meer candi- daten zijn dan plaatsen; dan de beoordeeling wat strenger; maar we hebben voor alles noodig een Hoofd-offlcierskorps, dat in ontwikkeling en beschaving bovenaan staat en een Leger bestuur, dat er voor waakt, dat de promotie bij de Wapens onderling niet te veel uiteen loopt. Mijn stelsel is dus een keuzestelsel voor de Hoofdofficiers rangen, doch in zooverre beperkt, dat slechts bij hooge uitzon dering uit andere promotiejaren wordt gëput. Men werkt, wat in Duitschland ook geschiedt, geregeld bij en houdt eene vrij regelmatige bevordering. Daarnaar te streven moet ons doel zijn. Met bittere erkenning las ik het slot van het artikel van den heer Kerkkamp. Zijne ervaring is als de onze, het gebeurt hoogst zelden, dat een artikel van het I. M. T. in behandeling wordt genomen op een der Bureaux aan de Departementen, tenzij van Allerhoogste zijde de aandacht er op wordt gevestigd. Doch dit neemt niet weg, dat Korpscommandanten voorstellen, aan schrijvers in het I. M. T. ontleend, kunnen overnemen. Het Legerbelang toch moet den doorslag geven, niet de overweging: „dat is mijn zaak niet" of de vrees, door nieuwe voorstellen ontstemming te wekken. Laat ons hopen, dat welhaast de tijd moge aanbreken, dat aan de bevordering tot de hoogere rangen die aandacht worde geschonken, noodig om tot zuivere toestanden te komen. De toestanden bij het korps Ambtenaren van B. B. kunnen ons tot baak dienen. A. Van Hengelo.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 58