1251
oogenblikken vernietigend zijn. Voor een langdurig sleepend
gevecht zijn mitrailleurs ten eenenmale ongeschikt. Diepe dichte
doelen zijn tegenover mitrailleurvuur veroordeeld.
Het vuren op groote afstanden is niet de hoofdtaak van Jden
mitrailleur; hierbij moet men rekening houden met de eigen
schappen van het wapen, met de omstandigheden, waarvan de
vuuruitwerking afhangt en met de tegenwoordige vechtwijze.
Bij cavaleriegevechten met hunne groote doelen, die snel voor
uitkomen, is een plotseling verrassend vuur op groote afstanden
gewettigd, eveneens op dichte colonnes, oprukkende reserves.
Het beschieten van ver verwijderde vijandelijke artillerie, late
men aan eigen artillerie over. Wordt zulks aan eene mitrailleur-
afdeeling opgedragen, dan moet zij die artillerie zoo dicht mogelijk
naderen en zoo mogelijk op de flanken.
Vijandelijke artillerie is de grootste tegenstandster van den
mitrailleur. „Het geweer geeft eerst een goede trefkans beneden
de 800 M., het geschut werkt het beste boven de 1 f00 M., daar-
tusschen ligt de werkzaamste sfeer voor den mitrailleur", zegt
de Oostenrijksche kolonel Layziz.
Vaursoorten en vuursnelheid. Men kent bij den mitrailleur:
le. het vuur noodig voor het inschieten; dit is het in Zwit
serland genoemde „Lagenfeuer", in Duitschland „Reihenfeuer"
geheeten. Hierbij wordt een serievuur van ongeveer 25 a 30 scho
ten met korte tusschenpoozen afgegeven, ten einde den afstand
te bepalen; door de commissie in Indië „proefvuren" genoemd.
2e. het voortgezet vuren; hierbij wordt onafgebroken door-
gevuurd, totdat het doel is bereikt, of totdat gestaakt moet
worden. In Zwitserland „stulckenvuur", in Duitschland „Dauer-
feuer", bij ons. „snelvuur" genoemd.
3e. het zoogenoemde „Einzelfeuer" in Zwitserland en Duitsch
land, bij ons „sectievuur". Dit bestaat in het geven van vuur-
series van 50 a 70 schoten per stuk door de sectie of door één
mitrailleur.
Verder wordt toegepast het „strooien"; men richt met het
vizier op een bepaald gedeelte van het doel; daarna wordt het
eenmaal gerichte vuur in de breedte- of lengterichting verspreid
„gestrooid".
