Ouerzichf dqh eenige Tijdschriften, Uit den Militairen Spectator No. 10 vermelden wij een artikel van Luit. Honing, waarin deze een geargumenteerd en in groote trekken uitgewerkt plan oppert om de cursus-opleiiing te verbeteren. Schrijver wil, teneinde aan den Hoofdcursus meer tijd beschikbaar ie krijgen voor de militaire vakkon, de zuiver wetenschappelijke geheel naar den cursus overbrengen, die met eenige vermeerderen en den opleidingsduur bij de korpsen (c.q. bij één korps, wanneer het noodig of wemchelijk zou blijken, de cursus-opleiding te centraliseeren) met ten jaar verlengen, dus op drie jaren brengen. Tot het examen voor dien cursus zouden dan niet alleen sergeanten, maar ook korporaals en burger-jongelieden worden toegelaten; de laatsten zouden dan alvorens tot de Lssen te worden toegelaten, een dienstverbintenis moeien sluiten. Aan het systeem zouden naast eenige kleine bezwaren, o. m de volgende voordeelen verbonden zijn: lo betere verdeeling der leerstof en beter algemeene ontwikkeling; 2o het bevorderen van den toeloop van goede elementen en het niet langer onderbreken dan beslist noodig is van de studie na het onderwijs op H. B. S., M. U. L. O. of L. O. scholen genoten. Het plan van den heer Honing is inderdaad het overdenken waard, temeer nu de resultaten van de cursus-opleiding nogal teleurstelling geven en zich een algemeen verlangen openbaart om het wetenschappelijk peil der uit den troep voortgekomen officieren op te heffen. Luit. Kooiman bespreekt in een artikel „Schieten" o. m de moeilijkheden bij het inschieten en voortgezet vuur met G. K., moeilijkheden die, blijkens de ia Indië opgedane ondervinding, in bergterrein nog zeer belangrijk toenemen. Kap. Yethake geeft als zijne meening te kennen, dat er geen groot verschil bestaat of in de practijk moet bestaan tusschen de „nieuwe" en de „oude" schietopleidirg der Infanterie en prijst het stelsel, dat in Indië gevolgd wordt. K-s. In de October-aflevering van Mavors geeft Luit. .Tans eenige wenken op het gebied der schietopleiding, waarmee ook onze infanterie-officieren wellicht hun voordeel kunnen doen, Luit. de Jager schrijft een en ander omirent het optreden en het gebruik van wielrijders afdeeliugen, Luit. ten Broecke Hoekstra over het mitrailleur-reglement '08. Uit ons tijdschrift is overgenomen het artikel „Vervolging van een bendehoofd op Celebes" in het Maart nummer. K-s. De van het Nederlandsche leger gedetacheerde luitenant der Artillerie Visser schreef in de 10e aflevering van het „Orgaan van de Bereden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 635