758
Vernieiiging Dan Eiite mieren.
b. De uitrusting wordt over de schouders en op de heupen gedragen
de borst is geheel vrij en wordt niet meer zooals vroeger door schuins
daarover loopende riemen gedrukt, het gewicht is gelijkmatig over schouders
en heupen verdeeld, zoodat de man dus in geen zijner bewegingen wordt
belemmerd.
c. Zij is zeer souple.
De verschillende onderdeelen n 1. de gordel, de riemen, de munitie-
tasschen (1 links en 1 rechts, samen 150 patronen inhoudende), de ransel,
de draagriemen, de zak (uitrusting voor het gevecht), de schoen voor
veldflesch en de zak voor het pioniergereedschap zijn met beugels aan
elkaar verbonden. Oneigenlijk is hier gesproken van riemen en muni-
tietasschen deze zijn evenals de ransel en de overige zakken vervaardigd
van impermeabel gemaakt katoen.
De uitrusting wordt slechts afgeborsteld, waarbij men modder eerst
droog laat worden. Men beveelt aan de gespen en beugels niet schoon
te houden, maar ze te doen verroesten, om de zichtbaarheid te verminderen.
Gewicht van de Uitrusting.
Totaal gewicht der geheele uitrusting
K.G.
Gewicht van den ransel
5.600
n r
Uitrusting voor het gevecht
20.800
V D
Gewicht van 120 patronen, uitgereikt voor den
aanvang
van een gevecht boven den normalen voorraad.
3.568
v n
Dus uitrusting voor gevecht (270 patronen)
24.367
V V
(w)
Wij hebben niet noodig stil te staan bij de moeilijkheden, welke men
ondervindt, wanneer men zich wil vrijwaren voor de snelle en belang
rijke verwoestingen, veroorzaakt door witte mieren; wij zijn er zeker
van, dat elk middel, om ze uit roeien, mits dit afdoend is, met groote
vreugde zal worden begroet door iederen bewoner van tropische landen.
We kunnen hieromtrent uit de laatste maanden twee belangrijke mede-
deelingen doen, welke we laten volgen:
Het eerste procédé is reeds eenigszins oudde Indische Mercuur noemde
het in 1907, doch tot nog toe vond het zeer weinig ingang, hoewel de
Tropical Agriculturist er in 1908 over schreef; het schijnt dus onder
reserve aangenomen te moeten worden. Daar het echter een weinig
kostbaar middel is, kan men het gemakkelijk zonder gevaar van te groo
te kosten, gaan beproeven. In een literflesch, voor drie vierde met water
gevuld, giet men ongeveer anderhalf likeurglas petroleum-residu, men
sluit de fleseh vervolgens met een kurk, waardoor men esn strootje
steekt en waaruit men voortdurend het mengsel op den voet der plan
ten of palen laat druppelen, de flesch steeds in beweging houdende, ten
einde zorg te dragen, dat het residu zich niet afscheidt. De verdamping,
welke hierbij plaats heeft, is oorzaak, dat het middel niet veel langer
dan een maand werkt, waarna men weer opnieuw moet beginnen. Wan
neer men de opmerking maakt, dat door den regen de grond veel eerder
schoon gespoeld kan worden, dan staat daar tegenover, dat, hoe meer
regen er valt, hoe minder men de witte mieren behoeft te vreezen.
