5et kenmerkende Dan hei moderne artillerieuuur. 972 dediging „veroorlooft eene stelling met een gering aantal troepen vast te houden om daardoor sterkere troepenafdeelingen beschikbaar te houden voor offensieve onderneming-n". Verdere algemeene grondstellingen over het gebruik en het tactisch nut van veldversterkingen vindt men niet in het voorschrift; maar dat aan de laatste gedachte uiting is ge geven, is opmerkenswaard en getuigt dat men de gemaakte fouten heeft erkend en men er op uit is ze te verbeteren. Het Russische leger heeft lang niet voor het geringste deel hare nederlagen te wijten aan de omstandigheid dat het gedurende den ganschen veldtocht zoowel in het kleine als in het groote zich niet heeft weten aan te passen aan de ge zichtspunten, die nu in het voorschrift zijn neergelegd. De grondstel ling, „dat de infanterie geoefend moet zijn om veldversterkingen ook zonder behulp van technische troepen uit te voeren" is nu ook opgenomen in het Russische voorschrift. "Wat de vormen der loopgraven aangaat zoo onderscheidt het voor schrift loopgraven voor liggende en loopgraven voor knielende schutters, voor schutters, die op den bodem en voor schutters die op een ophooging staan. Over het aanleggen van loopgraven voor liggende schutters zegt het voorschrift: „Ieder man die in de tirailleurlinie een sprong voor waarts heeft gedaan, moet, indien zulks wordt gelast, zulk een loopgraaf onder het vijandelijk vuur inrichten. Het is niet gevaarlijk het schieten gedurende dien arbied te onderbrekende andere manschappen die nog achter zijn gebleven, zullen door het onderhouden van een levendiger vuur de werkenden helpen. De schutter van zijn kant moet echter, zoodra hij roet het werk gereed is, eveneens een levendig vuur openen om de anderen te helpen, den sprong voorwaarts tot op gelijke hoogte als hij te kunnen doen." „Is er genoegzaam tijd of zwijgt het vijandelijk vuur, dan moet men die benutten om de gemaakte ingraving dieper te makenwanneer men op den bodem van de uitgegraven loopgraat knie lend dan gemakkelijk over de tot borstwering opgeworpen aarde schieten kan, heeft men een loopgraat voor knielende schutters gekregen". De enkele schutterskuilen worden dan, waar mogelijk verbonden tot èèn doorloopende loopgraaf. Is er tijd genoeg en bevindt men zich niet onder vijandelijk vuur, dan moeten dadelijk doorloopende tirailleurloop graven voor groepen, sectiën en zelfs compagniën, eerst voor knielende, daarna voor staande schutters ingericht worden en deze laatste eindelijk tot versterkte loopgraven worden voltooid. Hierbij behoort de borst wering verbreed te worden, de uitgraving dieper en breeder gemaakt; een gedeelte van den grond kan ook achteruit geworpen worden, waar door alsdan een rugweer verkregen wordt. (z) M. IF. B.09 De artillerie kan met het snelle vuur van het snelvuurgeschut in weinige secunden en met enkele kanonnen een uitwerking teweeg bren gen die vroeger ongeveer tien maal meer geschut en tijd eischte. Het moreele effect ivordt door het plotselinge van deze uitwerking buitenge woon verhoogd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1909 | | pagina 306