- 93
haven, waarbij de afstand, waarop zij noodzakelijk van den marschweg
stelling moet nemen, om te voorkomen, dat de daar marcheerende co
lonne geen kogelvanger wordt, die colonne een genoegzamen voorsprong
verschaft, wanneer de flankdekking eindelijk op den marschweg terug
trekt.
Op elk der beide van Salatigli naar den marschweg voerende wegen
moet de flankdekking in stelling blijven, totdat de geheele colonne voor
bij is. Kan nu eene en dezelfde flankdekking achtereenvolgens beide
wegen afsluiten? Natuurlijk niet, want de flankdekking verlaat hare
stelling, zoodra de staart der colonne voorbij is en zij zou dus, zelfs in
het geval, dat het paardenpad Banjoe Biroe Pagar Goenoeng een mooie,
vlakke rijweg was, te laat komen om bijtijds den tweeden weg af te
sluiten. Er moet dus voor eiken weg eene afzonderlijke flankdekking
worden aangewezen x) In verband met hetgeen omtrent sterkte en sa
menstelling der Roode afdeelingen te SalatigS, bekend is, kunnen ba
taljon, eene mitrailleurcompagnie, eenige cavalerie en genietroepen vol
doende geacht worden.
In het marschbevel geeft de Bevelhebber ongeveer de plaats aan, waar
de flankdekking zich heeft op te stellen, om te voorkomen, dat ze te
ver weg gaat en hem aldus uit de vingers glipt. Maakt de terreingesteldheid
het noodzakelijk haar ver zijwaarts uit te schuiven, dan zal zij kunnen
inrukken, nog vóórdat de hoofdmacht den afgesloten weg geheel voorbij
is; krijgt zij geen vijand tegenover zich, dan zal zij zorgen gelijktijdig
met den staart der hoofdcolonne aan te komen daar, waar de afgesloten
weg op den marschweg uitkomt. Een en ander wordt natuurlijk aan
het beleid van den Commandant der flankdekking overgelaten.
Daar de flankdekkingen zuiver verdedigend moeten optreden, wordt in de
eerste plaats op een ruim schootsveld gelet, als de afstand maar niet zoo groot
wordt, dat er kans bestaat, dat vijandelijke afdeelingen tusschen haar en
hoofdmacht ongestraft kunnen doordringen. Zoo komt de Bevelhebber
er toe de eerste flankdekking naar Tjandi Doekoeh en de tweede naar
Grabag, bovendien een belangrijke wegenknoop, te zenden.
In den avond van den 25sten Mei geeft de Bevelhebber der Blauwe
troepen het volgende verzamelbevefl' 2) uit:
Espeditionnaire Troepenmacht
naar Java.
Hoofdkwartier Omba Riiwa 25 Mei 1909,8 u. n.m.
1ste Sectie.
No.
Bevel voor den 26sten Mei 1909.
1. 's Vijands hoofdmacht is nog be
zig zich nabij Magelang te verza
melen. Eene vijandelijke afdeeling,
1) Dit voorbeeld toont duidelijk aan, waarom voor dit soort llankdekkingen bij voor
keur gebruik van cavalerie, wielrijders, rijdende artillerie en bereden mitrailleurafdee-
liogen gemaakt wordt. Groote beweeglijkheid spaart troepen uit ten voordeele van de
hooldmacht, die tegen het hoofdobject optreedt
2) Yerg. Blz. 567.