- 167
waarop de waarneming hem bekend wordt, toch niets te doen
heeft.
Wel is hem ook dan een dubbele taak opgelegd, doch er is
wel eenig verschil tusschen de zenuwachtig makende taak van
waarnemen en het kalm volgens een bepaald systeem invullen
van een waarnemingslijst.
Bij vredesoefeningen werd tot nu toe het aanhouden van een
waarnemingslijst steeds aan een ander onderofficier dan den
B. Ct. opgedragen; waarom toch? In werkelijkheid hebben we
daarvoor toch geen personeel genoeg.
Als deze regeling de vrees is geweest, dat zijn werkzaamhe
den den B.Ct. (en de batterij) over de hand zouden loopen, dan
behoeft die reden bij een opstelling van den B.Ct. buiten de
batterij, waar hij betrekkelijk kalm en rustig zijn taak kan
volbrengen, niet meer te bestaan.
Natuurlijk zijn aan een dergelijke opstelling van den B.Ct.
nadeelen verbonden en wel voornamelijk deze:
le dat het tot vuren gereed maken der batterij aan een ander
moet worden overgelaten, evenals
2e het toezicht op de bediening en het handhaven der vuur-
discipline en
3e moet in de batterij minstens één gegradueerde ingedeeld zijn.
Het eerstgenoemde nadeel acht ik het voornaamste, alhoe
wel geenszins een afdoend bezwaar.
Het ergste, waartoe verkeerde handelingen bij het tot vuren
gereed maken der batterij toe leiden kan, is, dat de vuurmonden
verkeerd gericht komen te staan. Dit mag bij vredesoeleningen
wegens het daardoor veroorzaakte gevaar, een ernstig bezwaar
zijn, in werkelijkheid kan door het aanbrengen van de noodige
correcties, zij het ook met verlies van een paar schoten, het
euvel hersteld worden H
Het ad 2e genoemde nadeel acht ik, wanneer rekening ge
houden wordt met den eisch ad 3e, evenmin een bezwaar.
Aan het toezicht op de bediening en het handhaven der
vuurdiscipline toch kan door den B. Ct., zoo deze in de batte-
1) Men zou mij kunnen tegenwerpen, dat op die manier redenferende, het zorgvuldig
geven van de eerste richting een onding is.
En wanneer dat geven der eerste richting gepaard gaat met vaak aanzienlek tijdverlies