Enkele gegenens omtrent het 3ndische
5nelüuur-ü eldgeschut,
Zooals bekend is, werd op de Begrooting van Nederlandsch-
Indië voor het dienstjaar 1909 f 470.000 en op die voor het
dienstjaar 1910 600.000 uitgetrokken, respectievelijk als eerste
en tweede termijn voor de aanschaffing van snelvuurgeschut
voor de Bereden Artillerie. Uit de beraadslagingen over de Be
grooting voor 1910 in de Tweede Kamer der Staten-Generaal
blijkt, dat voor de levering van snelvuurgeschut voor de Veld
artillerie met de firma Krupp reeds een contract is geslotenen
dat omtrent den aard van het aan te schaffen materieel voor
de Bergartillerie nog geen beslissing is genomen.
Waarom de leverantie van het snelvuurveldgeschut aan de
firma Krupp is opgedragen, blijkt uit de Memorie van Antwoord,
behoorende bij de Begrooting voor het dienstjaar 1910, waarin
door Z. E. den Minister van Koloniën o. m. wordt medegedeeld x):
„Overeenkomstig de toezegging door den afgetreden Minis
ter gedaan in de avondzitting van de Tweede Kamer der Sta
ten-Generaal van 16 November 1908 werd aan eene com
missie van officieren, die door het Indisch legerbestuur speciaal
„waren aanbevolen om in het belang van de aanschaffing van
„het geschut hier te lande werkzaam te zijn, de vraag voor
gelegd of er naar haar oordeel reden bestond om te twijfelen
„of datgene, wat door Krupp wordt geleverd, het beste is
„wat op dit oogenblik te krijgen is. Ofschoon uit het daarop
„gegeven antwoord bleek, dat voor Indië aan het Krupp'sche
„geschut inderdaad de voorkeur moest worden gegeven, werd
„de commissie, ook op haar eigen verzoek, nog in de gelegen
heid gesteld om het materieel van eenige andere bekende firma's
„in de fabrieken zelve te bestudeeren en te beproeven. Na dat
„bezoek verklaarde de commissie zich nog versterkt in haar aan-
1) Zie I. M. T. Ho. 1 van 1910 blz. 67. Bed.
