278 -
gat geboord, waardoor van onderen naar boven de krukas K 3
{zie fig. 1.) is gestoken; deze krukas heeft aan de onderzijde
een arm met nok Ks. Om een vierkant gedeelte van de krukas
is de kruk K bevestigd (fig 1 en 2), welke aan de onderzijde
een hartvormigen tap heeft, die met speling in de gleuf a van
de sluitwig A grijpt (fig. 2).
Het bovenste gedeelte van de krukas gaat door het huis
voor de sluitveer; dit huis K2 is zoodanig aangebracht, dat
het niet kan draaien. In den buitenwand van K 3 vindt men
een insnijding K2 (fig. 3), terwijl aan den binnenwand het eene
einde van de sluitveer is bevestigd, welke met het andere einde
aan de krukas is verbonden en zoodanig werkt, dat zij steeds
tracht de krukas linksom (de richting van sluiten) te draaien.
Tenslotte is, boven het huis voor de sluitveer, een zwengelD
met handvat L over de krukas geschovendeze zwengel kan
niet om de krukas draaien en wordt vastgezet door de vleu
gelmoer R met veerende splitpin S (zie fig. 3).
De zwengel L is volgens de lengteas doorboord tot opname
van een sluitbout, welke door een spiraalveer tegen den bui
tenwand van het huis voor de sluitveer wordt gedrukt. Deze
sluitbout treedt aan de zijde van het handvat uit den zwengel
en is aan dat gedeelte van een haak L t (fig. 1 en 2) voorzien.
Yerder is in het handvat van den zwengel een klink L2
aangebracht, welke aan den sluitbout is verbonden.
De uiticerper heeft den gewonen vorm en is op een vierkant
gedeelte van de uitwerperas M, tusschen vuurmond en sluitwig,
geplaatst; het boven de kulas uitstekende gedeelte van deze as
is van een tand m voorzien (fig. 3).
De aftrekinricliting vertoont veel overeenkomst met die van
de sluitstukken der snelvuurkanonnen van 7.5 c.M., ingedeeld
bij de Indische Vesting Artillerie, en is nagenoeg gelijk aan die
van het meer algemeen bekende niet-automatische Schubkurbel-
verschlusz, zoodat van een beschrijving daarvan is afgezien.
Alleen zij medegedeeld, dat het aftrekken zoowel aan de rechter-
als aan de linkerzijde van het stuk kan geschieden door het
1) Bij het Indische kanon is deze zwengel bij gesloten vuurmond naar voren gericht.