344 en het juist op groote inductie aankomt, zoo blijkt ook weer hieruit, dat men de golflengte niet te groot kan maken. Tot het overbrengen der Morseteekens dienen slingeringen, die hun ontstaan danken aan „wisselstroomen" wier werkingen zich in de wereldruimte als electrische golven naar alle rich tingen uitbreiden. Men noemt wisselstroomen die stroomen, waarvan de richting en sterkte volgens een bepaalde wet perio- disch worden veranderd. Terwijl ook bij de telegrafie met draad en de telefonie wisselstroomen voorkomen, onderscheiden zich de golven in dienst der D. T. voornamelijk door de snelheid van richtingsverandering per secunde. Deze bedraagt n. 1. bij den z. g. technischen wisselstroom 50—100. Men noemt dit langzame slingeringen in tegenstelling met de golven der D. T., die honderdduizend tot millioenen wisselingen per secunde bereiken, en daarom snelle slingeringen worden genoemd. Zooals in den aanhef werd opgemerkt, onderscheidt men op ieder station een gever- en een ontvang-inrichting. B. Gever-inrichting. Voor het opwekken van golven, geschikt voor de D. T., welke zich dus kenmerken door een zeer groot aantal slingeringen per secunde, kan men niet gebruik maken van de gewone wis selstroommachine, doch bedient zich van de ontlading van een condensator, meestal in den vorm van een Leidsche flesch. Dit is een cylindervormige glazen flesch, die van binnen en van buiten, tot op eenigen afstand der bovenkant van een metaalbekleeding (bladtin of zilverpapier) is voorzien. Het glas vormt de isoleerende stof tusschen twee geleiders, de metaalbekleedingenaan deze bekleedingen wordt de positieve en de negatieve electriciteic toegevoerd. In ungeladen toe stand bevatten de bekleedingen van een condensator evenals elke niet geladen geleider, elk zoowel positieve als negatieve electriciteit in gelijke hoeveelheid. De werking naar buiten is dus nihil. Voert men nu electriciteit uit een of andere bron toe, m. a. w. wordt de condensator geladen, dan komt op de eene bekleeding een overmaat van positieve electriciteit, op de andere een gelijke overmaat van negatieve electriciteit, en heerscht daardoor tusschen die bekleedingen en tusschen a en

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1910 | | pagina 356