29
opmeten van terreinhoeken, niet alleen naar den voet van som
mige terreinvoorwerpen, maar ook naar den bovenkant van
boschranden en lanen, waartegen vermoedelijk zal moeten wor
den ingeschoten; het nagaan of sommige terreinvoorwerpen
geschikt zijn voor hulpdoelhet maken van panoramaschetsen,
die in den aanvang zeer eenvoudig, later evenwel vollediger
gemaakt kunnen worden. Voor het vervaardigen van dergelijke
schetsen worden door verticale stieepen de grenzen van het
schootsveld en de H. R. L. aangegeven en daartusschen de hori
zon geteekend en de namen, afstanden en zijdelingsche afstanden
bijgeschreven (fig. Ij.
Voor het maken van een volledige schets kan het voorterrein
meer in de diepte uitgerekt worden geteekend en kunnen de
afstanden door horizontale lijnen worden aangegeven; enkele
duidelijk zichtbare terreinvoorwerpen, die over het schootsveld
verdeeld liggen, worden ingeschetst (fig. 2).
Behalve als middel om het terrein te leeren kennen, kan een
panoramaschets dan nog diensten bewijzen voor het vuren.
Het aanbrengen van merkteekens in het open terrein vóór
de batterij; somtijds zijn die van nabij staande infanterie te
gebruiken. Het op het terrein aangeven van de afstanden tot
waar G.K.T.-O. en K.T.-vuur kan worden afgegeven; de daar
voor benoodigde O. H. worden op een in het oog loopende
plaats neergeschreven. Het berekenen van het pCt. aanslagen
en van de grootste S. H. in °/00, die op verschillende afstanden
te verwachten zijn deze gegevens kunnen in de panoramaschets
worden bijgeschreven. Het vervaardigen van planchetten voor
ballon-batterijen (zie bij kaarten). Het bekend maken van de ge-
heele bezetting met de namen van terreinvoorwerpen, enz. en de
beteekenis der afstands merken. Het opzoeken van plaatsen ge
schikt voor de waarneming; het verbeteren van het uitzicht
aldaar en het zoo noodig telefonisch of optisch verbinden van
die punten met de batterij. Zoo noodig het plaatsen van hulp
richtpunten en voor mortierbatterijen het plaatsen van een
baak in de H. R. L., waaraan 's nachts een lantaarn. Het nemen
van maatregelen voor nachtelijk vuur.