415
moeten er ons op toeleggen waarborgen te krijgen voor uit
komsten in het gevecht. Moesten we daarvoor in vredes tijd de
juistheid van het schijfschieten verminderen, wat bij rationeele
opleiding volgens de automatische schietmethode niet het geval
behoeft te zijn, dan zullen we dat moeten doen, als het ons op
aannemelijke gronden kans belooft dat de oorlogsresultaten
verbeteren.
Alleen het gevechtsveld zelf kan natuurlijk uitwijzen of
werkelijk de resultaten verbeteren. Maar al verbeteren ze niet,
verminderen kunnen ze niet, want bij de oude methode waren
ze reeds minimaal. Bijna niemand richt.
En de kleine minderheid, die dat nog wel tracht te doen,
zal een zeer groote spieiding vertoonen, zoowel door zenuwach
tigheid als door vermoeienis veroorzaakt. Ook die schutters
zullen hun voordeel kunnen doen met de bereikte geoefendheid
in snelcoördinatie, waardoor de evenwichtscoördinatie overbodig
wordt.
A. Meijroos.
Ie Lt. Inf.
