444 I. Inhoud en Indeeling van het J. B. Het J. R. bestaat uit eene inleiding en drie deelen. De inleiding wijst op het groote belang van samenwerking tusschen de verschillende wapens, op de beteekenis van de in fanterie als hoofdwapen, het verband tusschen vuur-en bajonet gevecht, op de noodzakelijkheid van tucht, offensief en offensieven geest, het optreden der aanvoerders, zelfstandig handelen. Ten slotte de belangrijke bepaling, dat de vormen en regels, door het eerste deel gegeven, nauwgezet opgevolgd en beoefend, doch in overeenstemming met de beginselen voor het leiden van het gevecht, neergelegd in het tweede deel, in de practijk toegepast moeten worden. Het eerste deel behandelt de opleiding, zoowel van den enkelen man, als van de compagnie, het bataljon, het regiment en de brigade, in de gesloten en in de verspreide orde. De oefeningen met rotten, groepen en pelotons x) hebben plaats volgens de bepalingen van het tweede hoofdstuk, waarin de opleiding dei- compagnie wordt beschreven. Het tweede deel behandelt het gevecht onder verschillende omstandigheden, in verband met de andere wapens. Het derde deel behandelt de eerbewijzen, de parades, e. d. Afgezien van de gymnastische oefeningen en de behandeling van het geweer als stootwapen, welke in het N. I. R. wel en in het J. R. niet zijn opgenomen, bestaat er nog een belang rijk verschil in de iudeeling van het N. I. R. en het J. R. Terwijl de opleiding van den enkelen man, van de groep en van de sectie voor het optreden in verspreide orde in het N. I. R., overeenkomstig het J. R., onmiddellijk op de z.g. solda tenschool volgt, heeft men in Hoofdstuk V van het N. I. R. de opstelling en bewegingen in gesloten orde van de compagnie, het bataljon en de brigade opgenomen en hierop volgt een hoofdstuk over „Het Gevecht" met eenigszins bonten inhoud. Ik noem den inhoud van dit hoofdstuk daarom bont, omdat hierin de techniek van het infanteriegevecht, het gevecht in verband met andere wapens en de gevechtslei- 1) De Japanscke compagnie is, even als de Duitsche en de Belgische, onderverdeeld in 3 pelotons.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1910 | | pagina 458