43
Mavors No. 6 van 1909 zegt, dat de heer R. het minst geslaagd
is in zijn weerlegging van de munitieverspilling, die de heer
L. verwacht bij de opleiding van den troep volgens de huidige
methode.
Brochure van den Belt. Het goed recht van den juist-snellen
aanslag.
Schrijver neemt de brochures Lagerwerff en Riel in beschou
wing. Beslist oneens is hij het met den heer L., dat een verbe
tering aan het schietwapen meer aandacht verdient, dan een
verbetering van de schietopleiding en dus, van den schutter;
het laatste is voor schrijver hoofdzaak; ons geweer schijnt hem
voorloopig volmaakt genoeg.
Beslist tegenstander van het principe, maar vooral ook van
de methode, die ten grondslag ligt aan de vroegere schietopleiding
en hoogelijk ingenomen met de nieuwe richting waarvan de heer
v. d. B. echter nog weinig praktische resultaten had kunnen zien,
achtte hij zich verplicht, principes en methodes van beide richtin
gen, nogmaals aan een onderzoek te onderwerpen, zoo mogelijk
ook praktisch, alvorens een oordeel uit te spreken. Aan de
Koloniale Reserve was de Heer v. d. Belt in de gelegenheid schut
ters van „diverse pluimage" naast elkaar te zien schieten, waarbij
beslist het feit viel te constateeren, dat de energiedie van de
schutters uitging tijdens de schiethandeling, het krachtigst was
bij de schutters opgeleid volgens de nieuwe richting.
Merkwaardig was dit feit vooral, zegt schrijver, omdat bij alle
overige diensten verreweg de meeste energie uitging van de uit
Duitschland afkomstige soldaten en deze veel krachtiger van
lichaamsbouw waren, dan de vorenbedoelde nieuwe-richting-
schutters.
Mede vermeldt schrijver, dat de bereikte resultaten het grootst
waren, bij de schutters, opgeleid volgens het principe van den
juist-snellen aanslag.
Ten opzichte van het vernietigend oordeel, dat de heer L. uit
spreekt over den milicien en over den onderwijzer, vraagt
schrijver:
le. „Wat is dergelijk materieel dan eigenlijk wèl bij te brengen
„van zijn oorlogstaak"