544
door alle nog voorhanden geweren in te zetten, doch ook niets
onbeproefd laat om het moreel der aanvallers tot een maximum
op te voeren. Daartoe geven compagnies- en bataljonscomman
danten het voorbeeld door hun manschappen vóór te gaan, komt
met de laatste, nog beschikbare afdeelingen van het regiment
het vaandel in de vooiste linie, speelt de muziek blazen de
hoornblazers en wordt het gebruikelijke krijgsgeschreeuw' aan
geheven, allemaal handelingen, die bij vredesoefeningen misschien
wat theatraal gelijken, doch in de beslissende periode van het
gevecht op manschappen, die zorgvuldig tot het offensief zijn
opgeleid, hare uitwerking niet zullen missen. Welk een verschil
vertoont het Japansche Leger hier met dat van het verbonden
Engeland, waar men na den, laat ik maar zeggen zeer zonderling
gevoerden, Boerenoorlog, besloot de vaandels bij mobilisatie maar
thuis te laten. Bij al hunne nuchterheid hebben de Japanners
ingezien, dat het moreel de hoofdzaak is en dat niets verzuimd
mag worden, het zoo hoog mogelijk op te voeren.
De ondervinding in Mandsjoerije heeft bewezen, dat eene be
dreiging met de bajonet niet altijd voldoende was, om de ver
dedigers tot wijken te brengen. Dikwijls hielden de Russen
hardnekkig stand, zoodat een handgemeen ontstond; zelfs zijn
er gevallen, waarin zij met de bajonet een tegenaanval uitvoer
den 2). Het laatste wordt J. R., I, 191, uitdrukkelijk verlangd.
Niettegenstaande den krachtigen offensieven geest, waarmede
het geheele J. R. doortrokken is, blijkt uit de redactie der des
betreffende paragrafen duidelijk, dat men den aanval niet wil
forceeren; de stormaanval is een sprong, als de voorgaandei
doch uitgevoerd met toepassing van alle middelen tot verhoo
ging van het élan van den troep. Zelfs voorziet het J. R. het
geval, dat de afstand tot 's vijands stelling niet inééns kan
doorloopen worden. Het komt er dan op aan, op eene geschik
te plaats halt te houden, in afwachting van eene nieuwe gele
genheid tot voorwaarts stormen 3).
1) ïsiet in het Japansche Leger, want dat telt slechts twee muziekkorpsen.
2) Overeenkomstig de denkbeelden van Dragomirov was den Russen geleerd nooit het
bajonetgevecht te ontwijker, het integendeel tj zoeken en de oorlog bewees tot welken
hardnekkigen tegenstand zij daardoor in staat waren.
3) J. R., I, 189.