Ouerzicht uan eenige Tijdschriften, Orgaan van de bereden Artillerie. lp de 2e en 3e aflevering van dit jaar treffen wij aan een vervolg van het artikelDe techniek van de aanvoering der bereden Artillerie in het gevecht." Ofschoon voor een grondige bestudeering het bezit van de stafkaarten van Amersfoort en Rhenen een vereischte is, laten de artikelen zich zonder die kaarten ook goed lezen en kunnen wij een aandachtige overdenking van de algemeene beschouwingen daarin neer gelegd onzen kameraden ten zeerste aanbevelen. Schrijver hoopt, dat de door hem gegeven voorbeelden van bevelvoering er toe zullen leiden eenigszins een gedachtengang aan te geven bij het uitvaardigen van bevelen bij het wapen der Artillerie. Ook wij hopen zulks; deze appli- catorische studie is echter ook ten volle waard bestudeerd te worden door de officieren van de andere wapens. Samenwerkingis de titel van een artikel in de 2e aflevering van voornoemd orgaan. rKn we zijn van de manoeuvres teruggekeerd en hebben er H hoofd eens over geschuden u e hebben onder ons eens geprutteld over die veldar tilleriedie altijd zoo laat komt, en over die infanterie die altijd maar door gaat', maar wat hebben we gedaan, om dat voor den vervolge te verbeteren, om voeling met elkaar te krijgen, opdat we elkaar een volgend jaar meer begrij pen?" roept schrijver uit, en dan wijst hij er op, dat de heer Alting van Geu- sau zich niet daarbij neerlegt, maar als goed criticus nagaat waaraan het toch gelegen kan hebben, dat bij de bij een manoeuvre door hem gecommandeer- den troep, bestaande uit de verschillende wapens, zooveel aan die „samenwer king" haperde, en dan komt deze hoofdofficier tot het besluit, dat de Artillerie mei hem geen verbinding hield. Vermoedelijk door gebrek aan personeel" voegt Schrijver daarbij, maar laat daar onmiddellijk op volgen: voor een dergelijke functie mag o. i. het personeel niet ontbrekenovertuigd als schrijver en met hem elk artillerist is, dat op den Art. Ct en in het algemeen op eiken com mandant de verplichting rust, om ten alh n tijde en dit is de hoofdzaak verbinding te onderhouden met den onmiddellijk boven hem gestelden chef. Denkende aan het incompleet aan personeel, zal men uitroepen „pluk eens veeren van een kikkerdoch dan zouden wij in overweging willen geven die woorden niet uit te spreken alvorens de volgende ontboezeming van Schrijver goed te overdenken: Mocht het toch eens algemeen tot de aandacht van de hoogere infanterie- aanvoerders doordringen, dat een batterij niet uitsluitend uit drie, vier of zes stukken bestaat, maar daar nog verschillende organen bij behooren, en dat een sectie wel de plaats en het vuur van een batterij kan aangeven, maar zonder hulprichters, verkenners, personeel van den geveehtstrein,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1910 | | pagina 626