Ouerzicfit Dan eenige Tijdschriften,
Het Orgaan van de hereden artillerie" opent jaargang 1910 met een
artikel artillerie hij de voorhoede." Daargelaten het ietwat persoonlijke,
opgenomen in het slotgedeelte, namen wij met genoegen waar, dat men
in Nederland zich niet schroomt om gezonde zakelijke critiek uit te oefenen
op gehouden oefeningen, in dit geval op eene oefening van het 4e Re
giment Infanterie in de Legerplaats bij Zeist, welke eerst besproken was
in de laatste aflevering van den vorigen jaargang van voornoemd „Orgaan".
Hoeveel manoeuvres worden er niet op Java gehouden, waarvan
degenen, die er niet aan deelnamen, niets konden leeren. En juist,
waar zoovele officieren in de Buitenbezittingen moeten zijn, daar zou
het voor hen van veel belang wezen, dat zij al is het ook op papier
kennis konden nemen van gehoudtn veldoefeningen op groote schaal en
de daarop gevallen critiek.
In de laatste jaren werd alleen in ons orgaan een critische beschou
wing geleverd over de gehouden manoeuvres in 1908 in Midden Java.
De schrijver, die nog al gemakkelijk uit te vinden was, werd echter
zoodanig zwart gemaakt bij zijn chef natuurlijk door betrokkenen, die
zich niet verwaardigden een tegencritiek te schrijvendat hij er verder
voor bedankte om nogmaals zich tijd en moeite te geven om zijne kamera
den door het leveren van dergelijke beschouwingen een dienst te bewijzen
(zie in I. M. T. 1909 afl. 1, het artikel „kritische beschouwingen")
Dit slechts als staaltje, hoe kleinzieligheid en angst voor ongeschikt-
verklaring van sommigen, de energie van anderen in het Leger dooden.
Jammer is het, dat het Legerbestuur na kennisname van dergelijke voor
vallen, niet uitvorscht, hoe de vork in de steel zit.
Intusschen raden wij onze kameraden aan, om niet over te gaan tot
het leveren van critiek, voor dat zij een diepgaande studie hebben ge
maakt van de te verwerken stof. Het bespieken een onderdeel alleen
van een oefening, bijv. de wijze, waarop de voorhoede, de cavalerie, de
artillerie enz. haar taak bij de manoeuvre opvatte, kan voor velen al
zeer leerrijk zijn.
Mavors, le aflevering 1910, begint met een artikel, waaruit blijken
moet, dat de taak van een groepscommandant der infanterie in het ge
vecht een uiterst gewichtige is, waaraan bovendien veel verantwoordelijk
heid is verbonden. Ofschoon het brengen van vrede en rust in deze
gewesten steeds ons doel moge blijven, kan het Leger niet dankbaar
genoeg zijn, dat er nog gelegenheden te over zijn om onze groepscom
mandanten tot zelfstandige aanvoerders te vormen. Wij zijn er van
overtuigd, dat zij die als groeps- en brigadecommandant goed voldaan
hebben aan de hun gegeven zelfstandige opdrachten te velde, ook be
rekend zijn voor hun taak als groepscommandant in den strijd tegen een