- 429 Een Dederlandscfie Qfficlersbond. moeten er op gesteld zijn, dat „Jan" de waarheid precies weet, en met z'n praatjes thuis blijft. De oplossing is er nog niet, want de Eedactie v/d. Avondpost liet we ten, dat zij nog steeds wacht op het stuk, waarin zij namens alle offi cieren gemachtigd wordt, den naam v/d. schrijver openbaar te maken. Het ware misschien toch 't beste geweest, den raad van den kolonel op te volgen en aan het schrijven verder geen aandacht meer te schenken. "Voor 't geval het een tweede „canard" was geweest, zou de zaak ver der zijn doodgebloed, nu er evenwel A. is gezegd, zal B moeten volgen. Maar waarom zoo warm geloopen op uitingen, die geen enkel beza digd officier voor ernst zal opnemen. Dat er op jeugdigen leeftijd wapen- naijver is, in Nederland oneindig sterker nog dan in Indië, wie zal het ontkennen. Doch dat luwt wel, als de jaron des onderscheids komen. Beide ingezonden stukken waren zoo zot, dat men beter had gedaan ze te laten voor rekening van de Redactie, die ze opnam. Onder dezen titel neemt Contemplator in het Bat. Nieuwsbl. van 24 Maart het op tegen degenen, die zulk een bond uit den booze achten, als zijnde in strijd met het legerbelang, en niet in het belang van het gezag. Zulk een bond is het te doen om invloed te krijgen als corporatie, om ongevraagd den minister te steunen. C. vindt zulks een eenzijdige redeneering. „Zie, wij redeneeren aldus: Er blijkt op een gegeven oogenblik dat er in 't leger bij officieren een tekort is, b. v. aan schermkunst, aviatiek, wetenschap, sport, weduwepensioen enz. Altemaal begeerlijke wenschelijke zaken. En men gaat heen en richt met of zonder koninklijke goedkeuring, met of zonder rijkssubsidie, met of zonder hooge bescherming een schermbond, een luchtscheepvaartvereeniging, een militair maandblad, een weduwen en weezenkas, een hippische sportvereeniging, een voetbalvereeniging of een coöperatieve studie club op. En ziet, niemand vindt daar eenig kwaad in. Ja, het legerbestuur juicht zooiets toe. En toch vallen schermen, schieten, rijden, pensioenen en de rest wel degelijk onder de rubriek, waarvoor het legerbestuur zorg heeft te dragen, waar de minister en wapenchefs verantwoordelijk voor zijn. Maar pas op, sticht geen vereeniging, die uw loonstandaard in studie neemt en poogt verbetering aan te brengen in een gebleken tekort aan traktement, een „tekort" aan redelijke levensvoor waarden. Dan vliegt iedereen (d. w. z. de hooge oomes) op en scheldt u voor socialist, rooie en onkrijgstuchtelijk. Waarom vragen wij. Waarom, als de vereeniging in haar actie blijft binnen de gren zen, die de tucht baar voorschrijft? I. M. T. 1910. 28

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1910 | | pagina 441