INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 97 Ten gevolge van een abuis met de teekeningen werden voor de landmacht in Indië hulzen voor de kanonnen van 12 c.M. aange schaft, die niet voldeden aan vereischte afmetingen. Die hulzen zul len kosteloos door andere worden vervangen. De verwapening van de veldartillerie zal in de eerste helft van het jaar 1911 haar beslag hebben gekregen. Alsdan zal al het ma terieel in Indië kunnen zijn aangekomen, met uitzondering van een gedeelte van den oorlogsvoorraad munitie, met de aanschaffing waar van wordt gewacht totdat de uitkomsten bekend zullen zijn van de proeven met eenheidsprojectiolon. "Wat de verwapening der bergartillerie betreft, heeft de onderge- teekende de eer het volgende mede te deelen. Zooals werd medegedeeld op bladz. 59 van de Memorie van Ant woord op het Vooiloopig Verslag van de Tweede Kamer betreffende de loopende begrooting en in de vergadering van 16 November 1909 Handelingen bladz. 250) heeft de Indische regeering, na kennisne ming van den huidigen stand van het berggeschut-vraagstuk en van de ontwerpen van den kapitein Gooszen, dien officier naar Europa gezonden, teneinde hem in de gelégenheid te stellen zijne denkbeel den omtrent een verdeelbaar bergkanon voor het Indische leger en een eenheidsprojectiel voor de bereden artillerie van dat leger uit te werken. Ofschoon de Indische regeering in overweging had gegeven, dat kapitein Gooszen voor het uitwerken van zijne projecten de keuze zou vestigen op den leverancier van het veldgeschut, teneinde voor veld- en berggeschut, voor wat betreft de sluiting, de affuitconstructie, de munitie enz. tot een zelfde stelsel te geraken, en dat eerst wan neer die leverancier niet geneigd of niet in staat mocht worden bevonden die ontwerpen te belichamen, eene uitnoodiging zou dienen te worden gericht tot de firma Skoda, kwam het den ondergeteekende, teneinde den heer Gooszen een onbevangen oordeel te doen verkrijgen over den stand van het geschut-vraagstuk, juister voor, hem eerst een reis te doen maken naar de vijf voornaamste geschutfabrieken, ten einde in elke fabriek het nieuwste en beste wat zij kon leveren te bestu- deeren en tevens vast te stellen, welke fabriek of fabrieken hem den meesten waarborg zou of zouden verschaffen, dat zijne projecten naar behooren werden uitgewerkt. Die studiereis ondervond aanvankelijk vertraging, daar eenige fabriekanten nog niet gereed waren en uit stel vroegen. Daar echter de zoo urgente verwapening der bergartil lerie niet kon worden uitgesteld, waardoor de kapitein Gooszen ook tot niets doen was gedwongen, werd ten slotte aan de firma's, die nog niet gereed waren, een uiterste termijn gesteld, waarop het bezoek van dien kapitein zou plaats hebben. Ook aan de firma Schneider Cie. moest een zoodanige termijn ge steld worden, omdat zij, aanvankelijk uitstel verzoekende, daar haar berg- materieel in andere Staten werd beproefd, later op de vraag, wanneer het bezoek kon plaats hebben, steeds ontwijkende antwoorden bleef ge ven en eindelijk op 1 Juni j.l. mededeelde, dat zij een onderzoek van haar geschut door den heer Gooszen niet noodig achtte, omdat de waarde van haar fabrikaat voldoende werd gewaarborgd door het feit, dat het I. M. T. 1911. 7

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 109