(equipementstukken, versierselen, aardewerk, glaswerk, lepels,
vorken, messen, enz.) kunnen worden verstrekt. Deze bepaling
(geheel nieuw) lijkt mij eene groote verbetering, want daardoor
is de comp. comm. in staat voor een belangrijk deel tegemoet
te komen aan het „euvel" aan ons stelsel van kledingver
strekking verbonden, het euvel n.l., dat bij het aangeven van
de aankomende artikelen slechts rekening kan worden gehou
den met de gemiddelde behoefte en er dus niet op kan wor
den gelet, dat de een ten opzichte van een bepaald artikel
meer sleetsch is dan de ander, terwijl bij een ander artikel
juist het omgekeerde zich voordoet. Eigenlijk heeft dus de
C. Ct. thans op eiken vernieuwingsdatum voor iederen man de
beschikking gekregen over eene zekere som gelds, welke hij
op de meest doeltreffende en oordeelkundige wijze ten hehoeve
van de vernieuwing in de bijzondere behoefte van kleeding van
elk individu kan aanwenden.
Hierdoor treedt de opname in paragraaf 2 van het tarief
van b.v. 1/2 onderbroek, 1/5 paar schoenen enz. in een heel
ander licht, dan bedilzucht en gebrekkig inzicht daarop meer
malen hebben doen schijnen.
Ook is nog te wijzen op de bepaling in (5) vorenaangehaal-
de paragraaf 6.
Vroeger „moest" den man die daarvoor in de termen viel,
3/4 der geldswaarde van de niet ontvangen goederen worden
uitbetaald. Wij weten allen, hoe met dat geld werd omge
sprongen, hoeveel ongeregeldheden en straffen van deze uit-
keeringen het gevolg waren, zonder dat men bij consciencieuse
naleving der voorschriften bij machte was aan dit alles paal
en perk te stellen; men had eenvoudig te doen met een recht,
den man bij het tarief toegekend.
Thans is dit geheel anders. Ook het nieuwe tarief hand
haaft weliswaar in sommige gevallen de uitkeeringen van
geldswaarde van niet ontvangen kleeding een niet te ont
beren prikkel om den man tot zuinigheid op zijn kleeding te
nopen maar geeft den C. Ct. tevens het recht om over die
gelden op andere wijze, ten behoeve van den rechthebbende,
te beschikken
Hierdoor wordt het mogelijk, voor den man ook noodza-
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT
235
I. M. T. 1911. 1fi