Uerhoogde Soldij uoor scherpschutters. 289 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIJFT Knrang Asem (Bali) 7 Jan. 1911. Geachte Bedacteur\ Zoo dikwijls heb ik me afgevraagd, waarom toch bij ons niet, even als dat in het Nederlandsehe leger geschiedt, aan iemand, die scherp schutter wordt, een vaste verhooging van soldij wordt toegekend, daar ik me nog zeer goed herinner hoe'n prikkel het voor een milicien was, zoo spoedig mogelijk dien graad te verwerven. Wat echter is bij ons het geval? Eens per jaar wordt eene scherp- schuttersproef gehouden, en degene, die daaraan voldoet, wordt scherp schutter en krijgt een premie in eens. Welk verschijnsel doet zich daarna echter voordat de man, om nu eene premie te verdienen, veel zwaarder oefeningen moet „over schieten," dus veel minder kans heeft (eene premie te behalen, dan wanneer hij tot de ongeoefenden behoorde. Een gevolg van een en ander is, dat hij zich met opzet zal laten zakken o. r. hij hierdoor meer finantieël voordeel geniet, want voor al bij Kromo, waar een geldelijk voordeel zoo zwaar weegt, zal die maatregel beslist van goeden invloed zijn, want voor de eer alleen voelt hij zeer weinig; merkt hij het echter in zijne portemonnaie, dan zal hij zijn best doen, die f 0.05 soldij verhooging te behouden. Ook wat het beloonen van afstandenschatters en seiners aangaat, zou ik eene kleine soldij verhooging willen zien vastgesteld; desnoods met toevoeging van een O. T. voor dengene die voldoet aan de voorwaarden te stellen aan een zeer geoefende seiner en afstanden- schatter. Hopende bovengenoemde regelen aanleiding mogen geven, tot het houden van een proef in dezen geest, teeken ik mij, met de meeste achting, Uw. dw. Becking. Ie Luit. Inf.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 305