schenie bataljons bij Rschane een Servisch bataljon der 2e ban terug gedreven en voor de helft gevangen genomen (fraaie troepen, ze hadden trouwens geen enkelen officier!) De roo- verbrigade Panitza kwam dien avond tot Komaschtizta. De Bulgaren hadden dien dag bij Slivnitza een versterking gekregen van 3| bataljon en 1 batterij; de Serven hadden de geheele Schumadija-divisie op het slagveld vereenigd, echter hun cavalerie-brigade weer teruggezonden. De sterkte-verhoudingen waren daardoor weinig veranderd, den 19den November des morgens stonden 28 Bulgaarsche bataljons, 5i eskadron (waarvan 1 voor ordonnansendienst) en 48 kannonnen tegenover:29 Servische bataljons, 4 eskadrons, 90 kanonnen. Thans heerschte er echter, en terecht, bij de Bulgaren een groote bezorgheid voor hun linkervleugel, vooral daar van uit Sofja waar geen troepen waren de meest overdreven berichten kwamen, zelfs reeds een paniek onder de bevol king ontstond. Indien men meende, dat werkelijk sterke Servische afdee- lingen op weg naar Sofja waren, en dat de groep tegenover Slivnitza dus niet uit het geheele Servische leger bestond doch aanmerkelijk zwakker was, ware dit voor het Bulgaar sche hoofdkwartier een reden geweest, om den 19den alge meen aanvallend bij Slivnitza op te treden. Werd de tegen stander hier verslagen, dan moest de afdeeling, die naar Sofja marcheerde, van zelf terug. Zoo ooit, dan had onder zulke omstandigheden een aanvallend optreden der Bulgaren kans op succes; de houding der Servische troepen op 17 en 18 November was trouwens niet geschikt om een hoogen dunk te geven van hun offensieven geest. Echter schijnt men in het Buig. hoofdkwartier de sterkte der Serven overschat te hebbener werd besloten, den 19den November defensief te blijven, terwijl vorst Alexander zelf zich naar Sofja zou begeven, om daar orde op de zaken te INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 333

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 351