nezuur veel minder ongeschikt, omdat het de scherven een zeer veel geringer energie zal verleenen. Trotyl kan dienen in een eenheidsprojectiel, waarbij het een tweeledige functie kan verrichten, waartoe picrinezuur zich wegens mogelijke vorming van picraten, misschien minder eigent, namelijk, 1. van tusschenvulling der granaatkartetsko gels en 2. van springlading bij gebruik als brisante granaat, aannemende dat gebleken is dat het in dat geval steeds tot detonatie is te brengen; alleen dan kan men het bij gebrek aan beter gebruiken. Picrinezuur gemengd met picraten kan in aanraking met een heete vlam tot detonatie overgaan, in tegenstelling met trotyl, en die detonatie wordt juist niet gewenscht, wanneer het eenheidsprojectiel als granaatkartets moet fungeeren. Picrinezuur zou dus de uitwerking op schildartillerie verhoogen, die op levende doelen, hetgeen hoofdzaak is, misschien in de waagschaal stellen, welke kans echter tot nul gereduceerd kan worden, door inwendig het projectiel en ook de kogels te vernissen. Dit is dan ook vermoedelijk de reden, dat in de bekende ontwerpen trotyl wordt aangewend. Het is ook een feit, dat alle groote staten voor hun brisante granaten nog steeds picrinezuur gebruiken, zij het dan ook onder verschillende benamingen, namelijk in Duitschland „Gra- naatfüllung 88", in Frankrijk „Meliniet", in Italië „Pertiet", in Engeland „Lyddiet", in Japan „Schimose", alle bestaan uit picrinezuur, waarbij soms een of andere geheime stof is toegevoegd. Hiermee wil ik natuurlijk niet te kennen geven, dat dit feit een werkelijke verbetering zou mogen tegenhouden, verre van daar, maar in dit geval is geen punt van eenig belang te noemen, waarin die verbetering zou bestaan integendeel, hier is slechts sprake van achter uitgang, een achteruitgang, niet alleen van materieelen aard, daar ze de uitwerking van de brisantgranaat nog meer lo- caliseert, maar ook van moreelen aard, daar een eventueele buitenlandsche vijand niet zal verzuimen zijn soldaten op zulk een gebrek bij hun tegenstanders te wijzen, een achter uitgang eindelijk, die ieder vaderlandslievend man het hart doet bloeden. INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 405

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 423