446
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT
uniform der officieren te wachten was; vermoedelijk werd daarmede
bedoeld de weder invoering van de witte atiila, want dat inderdaad
het plan zou bestaan om ons de gehate helmhoed weer terug te geven,
hetgeen ik ook reeds hoorde verluiden valt moeilijk aan te nomen.
In verband met de nadering van het tijdstip, waarop de laatst
vastgestelde wijzigingen moeten zijD ingevoerd, zult Ge waarschijnlijk
velen met mij ten zeerste verplichten in het „Tijdschrift" zoo mogelijk
mee te deelen, of, en in hoeverre deze geruchten waarheid bevatten.
2e. Voorts is het u wellicht mogelijk ter zelfder plaatse antwoord
te geven op de volgende vraag
„Op grond van welke bepaling mogen kapiteins der infanterie bij
„de oefeningen hunner Compagnie te paard verschijnen?"
Antivoord:
ad 1°. Eveneens zult u in de dagbladen kunnen lezen, dat de voor
gestelde wederinvoer van de witte attila alsmede van de helmhoed
door de regeering afgewezen is.
Deze mededeeling is juist. Beide kleedingstukken behooren thans
definitief tot het verledene. Ook het referendum, waarmee overigens
wel wat bereikt is, heeft niet kunnen bewerken, dat de witte attila
behouden bleef.
ad 2e. Deze questie is geregeld in de Circulaire van den Chef van
het Wapen der Infanterie dd. 24 Juni 1905 No. 2703. Kapiteins mo
gen altijd te paard verschijnen, mits op behoorlijke paarden.