last, doch over onze koloniën wordt slechts al te vluchtig gerept. Allerlei dwaze voorstellingen heerschen nog op dit gebied, zelfs onder de zoogenaamd ontwikkelde standengéén wonder dus, dat de lagere volksklassen, waaronder dan toch het grootste deel der fuseliers geworven wordt, in 't geheel niet weten, wat Indië feitelijk is. Wat ze ervan hooren, komt meestal voort uit het vruchtbare brein van een of an der gepasporteerd fuselier, die zich met een aureool van avonturen omringt, hoe dwazer hoe mooier! Vraagt eens aan de manschappen, welke voorstelling zij op het oogenblik van hun indiensttreden hadden van het land hunner toekomst, vaak zult gij zulke dwaze verhalen hooren, zoo on waarschijnlijk, en toch zoo volkomen te goeder trouw, dat ge u verwondert over den moed, om met zulke vooruitzich ten nog den verren tocht te durven wagen. Maar niet alleen die onwetendheid houdt den Hollander tegen om zijn geluk in Indië te beproeven, doch ook de ze kerheid, dat zijne toekomst in de burgermaatschappij geheel voor hem is vernietigd, wanneer hij zijne zes jaren of lan ger in de tropen heeft gediend. Zijn handwerk heeft hij verleerd; zijne plaats is ingenomen; zijne eischen zijn hoo- ger geworden en gedurende zijn diensttijd heeft hij een groot deel zijner levensenergie verloren door de geestdoodende ieeglooperij in de Indische garnizoenen. Een feit is het, dat de gepasporteerde Indische soldaat in Nederland misplaatst is in den stand, waarin hij thuishoort, dus als werkman; hoogstens als portier, looper. of iets dergelijks, waarbij meer op betrouwbaarheid dan op vakkennis wordt gelet, is hij bruikbaar. Hij heeft in Indië al zijne bekwaamheden verlo ren, doch in ruil daarvan geleerd of althans zeer veel kans geloopen om het te leeren te drinken en leeg te loopen En al kent de Hollandsche werkman de oorzaken dier on bruikbaarheid niet,hij ziet deze, en dat is terecht ge noeg, om hem ervan af te houden op zijne beurt den groo- ten sprong te wagen en daarvoor zijn, zij het dan ook scha mel, broodje op te geven. En toch, willen we werkelijk goede uitkomsten verkrij gen bij de werving, dan moet deze niet meer alléén de toe- INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 449

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 469