den vijand met eene groote massa projectielen te overstelpen en door gebruik te maken van de groote ballistische eigen schappen, het hangt slechts van het doel af, dat we op den voorgrond moeten stellen. Conclusie. Om uit het bovenstaande voor ons eene conclusie te maken moeten wij in de eerste plaats rekening houden met onze terreinen op Java. Deze kunnen wij vrijwel verdeelen in de volgende 3 soorten sawah-terrein, hoog begroeid-terrein, heuvel-terrein. Voor het inschietprojectiel komt dus m. i. uitsluitend de G.K. in aanmerking; de S. H. regeling zal moeten geschieden volgens de bij ons bestaande methode, dus met bepaalde ge- wenschte springhoogten voor de verschillende afstanden, ter wijl het corrigeeren moet geschieden door middel van de tern- peering. Ons heuvelter rein, waar wij vroeg of laat in zullen moeten ageeren, eene aaneenschakeling van hoogten en ravij nen, met de tallooze doode hoeken, biedt overal gelegenheid tot dekking. Welk succes kan men van vlakbaan- en strooi- vuur verwachten tegen gedekte troepen Volgens Langlois is de G.K. „loin de pouvoir remplir toutes les taches qui incombent a Tartillerie sur le champ de bataille". Behalve haar gemis van een brandstichtend vermogen „il est impuissant contre le personnel couvert par un abri, par ex- emple contre le fantassin masqué derrière son havresac ou simplement couché." Ter tegemoetkoming hieraan heeft men de B.G., maar deze heeft weer eene zeer plaatselijke wer king, de gevaarlijke zöne bedraagt slechts enkele meters, men zou met hetzelfde succès een kleiner kaliber kunnen gebrui ken. Vandaar de groote voorliefde van Langlois voor het ge bruik van de pompom naast het veldgeschut. Waar wij slechts over de G. K. beschikken, zullen wij moeten wachten tot de vijand zich vertoont, dus in bewakingstelling 34 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 46