53G INDISCH MILITAIT TIJDSCHRIFT Toejuiching verdient de vermelde poging van den Chef der triangu latiebrigade om van de tournee's van zijn ondergeschikt personeel, waarbij vaak uitgestrekte en nagenoeg onbekende streken worden doorkruitst, ook op het gebied der geologie, meteorologie enz. zooveel mogelijk profijt te trekken. Onder De secundaire driehoeksmeting van Midden- en Oost-Java wordt wederom geklaagd over het vandalisme der bovolking van de Afd. Grobogan. Het spreekt bijna vanzelf, dat de bevolking van de afdeeling Grobogan ook nu weer hare gewoonte van het daar traditioneel geworden, baldadig vernielen van triangulatiepilaren getrouw bleef. Bijzonder hardnekkig in deze is de bevolking van de desa Tembak-Sela, welke dit jaar nu voor de derde maal de pilaar T 825 met den grond gelijk maakte.1) Nog sterker voorbeeld van veronachtzaming wordt onder Verken ningen en Pilaarbouiv in Kediri enz. medegedeeld. Over het algemeen had het onderhoud van de pilaren in het bergterrein te wensehen overgelatenzoo was, om een voorbeeld te noemen, in de pi laar S 834 Sigër een boom gegroeid van 4 M. hoog en lag de pilaar S 739 Kloewoet in twee stukken op den grond L') Evenals zulks in de residentie Semarang is geschied, werden ook in het gewest PekaloDgan de door den voormaligen Geographischen dienst bepaalde secundaire punten door dan Topographischeu dienst hermeten. Toch mag men uit den navolgenden zin Alhoewel over het algemeen aan het onderhoud der primaire en secundaire pilaren wel de noodige zorg was besteed, bleek toch, dat grootendeels tenge volge van de mindere deugdelijkheid van het oorspronkelijke materiaal, waaruit de pilaren waren samengesteld, eene vrijwel algemeene herbouwing der secundaire pilaren zou moeten plaats hebben.3) besluiten, dat de plaats der teruggevonden secundaire pilaren getrouw bewaard is gebleven. Op bladz. 64 vrordt ouder De topographische her meting van de residentie Cheribon van eenzelfdon maatregel voor de daar gelegen S-punten gewag gemaakt. Hoezeer men ook moge instemmen met de overwegingen, welke destijds tot bet besluit eener hermeting der secundaire pilaren heeft geleid, zal men toch, uitgaande van het beginsel, dat eene hermetïng wegens kosten en tijdverlies zoo eenigszins mogelijk vermeden dient te worden, de resultaten dier hermeting steeds met een critisch oog moeten blijven beschouwen. Ilermeting toch moet uitzondering blijven en nimmer tot voorschrift worden gesteld. Zoodra dan ook mocht blijken, dat de verkregen resultaten niet opwegen tegen de daarmede gepaard gaande hooge kosten en het groot verlies aan tijd en perso neel, dan zou deze herhalingsarbeid o.i. onverwijld gestaakt behooren te worden. Aan de hand van de in de laatste jaren gepubliceerde verschillen in 1) Bladz. 19. 2) Bladz. 28. 3) Bladz. 20.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 556