organisatie 8 van mitrailleurs per afdeeling, maar wat blijft er dan ten slotte over van de waarde der persoonlijkheid van den commandant. Juist bij machinegeweren, waar een snel en doortastend optreden op den voorgrond dient te staan, mag deze figuur niet zoo goed als uitgeschakeld worden. Wij zijn het dan ook volkomen eens met de volgende Duitsche regels: „Die Maschinengewehrabteilungen erhalten ihrer eigentli- chen Wert durch die Persönlichkeit ihres Kommandanten. 1st dieser ein ganzer Mann und von dessen Geist jeder einzelne der Abteilung durchdrungen, dann wird diese kleine Abteilung die ihr innewohnende Kolossale Feuerkraft, gepaart mit Beweglich- keit zu ungeahnt groszen Taten auszunützen imstande sein". Een organisatie van 4 mitrailleurs per afdeeling lijkt ons, mede met het oog op zichtbaarheid, beweeglijkheid en ma noeuvreervaardigheid, rationeeler. P. 154. Hieraan willen we nog toevoegen, dat het in een verdedigende stelling wenschelijk is, dat elk der stukscomman danten de beschikking heeft over een schetsje, waaruit de be langrijkste afstanden blij ken. P. 158. Wat het schild bij de mitrailleurs betreft, hierover zijn de meeningen verdeeld. Tegen het schild pleiten de meerdere zichtbaarheid en de gewichtsverhooging, het groote voordeel ■aan het schild verbonden, zetelt in de mindere kwetsbaarheid van den richter, waardoor deze zijn taak rustiger en koel- bloediger kan uitvoeren. Toch schijnen schilden bij de machinegeweren niette voldoen. 'Tenminste in Oostenrijk, waar men er uitgebreide proeven mee nam, werden zij niet ingevoerd en ook Japan schafte ze na den oorlog af. In ons reglement wordt het p. m. vermeld. P.161. Al zal het munitieverbruik ook zeer groot wezen, over dreven voorstellingen moeten we ons hier niet van maken. Ten minste in den Russisch-Japanschen oorlog deed men aan beide zijden de ondervinding op, dat in het gevecht per geweer hoogstens 5000 patronen werden verschotengewoonlijk was dit aantal echter veel geringer. In elk geval is een eerste uitrusting van 15000 patronen per .geweer, zooals bij ons het geval is, ruim voldoende te achten. 44 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 56