beoordeelingsgetal, omdat een vermeerdering van dit aantal niet gepaard gaat met evenredige vergrooting van de trefkans. Evenals we dit reeds deden bij de enkele granaatkartets, hebben we ons tot taak gesteld in de volgende bladzijden het meest waarschijnlijk aantal levende wezens te bepalen, dat door dit vuur buiten gevecht wordt gesteld. Nemen we aan dat met de gegevens, beboorende bij de meest gewenschte springhoogte een oneindig aantal schoten werd af gegeven, dan zullen alle doelen, die zich binnen VW bevinden, buiten gevecht worden gesteld. De berekening van dit aantal zou dus neerkomen op een berekening van de breedte van de werkingssfeer en dit zou een zeer onvolkomen beeld geven van de te verwachten uitwerking van een vuur waarvoor slechts een beperkte hoeveelheid munitie beschikbaar is. In dien de werkingswaarde, behoorende bij een zekere spring hoogte, uitgedrukt is in een functie van die springhoogte en we kennen de wetten die de kans op die springhoogte be- heerschen, dan geeft geen begrip een duidelijker beeld van de te verwachten uitwerking van het geheele granaatkartets vuur, dan het begrip kanswaarde. We hebben daartoe slechts te berekenen, de werkingswaarde van een projectiel, dat op een willekeurige plaats van de ellips springt en deze waarde te vermenigvuldigen met de kans dat het projectiel juist in dat punt springt. Dit product geïntegreerd tusschen de gren zen 2 LS 50 en 2 HS 50 der springpunten, geeft dan de kans- waarde van het granaatkartetsvuur. We vinden dan immers het meest waarschijnlijk aantal doelen, dat a priori dooreen enkele granaatkartets buiten gevecht gesteld zal worden, in dien dat projectiel wordt vervuurd met de vuurgegevens, be hoorende bij de meest gewenschte springhoogte. Naar aanlei ding van deze theoretische beschouwing zijn de volgende formules afgeleid. De springpunten van het granaatkartetsvuur zullen zich om het gemiddeld springpunt groepeeren, volgens de wetten der waarschijnlijkheidsrekening. Hieruit volgt, zooals we hierbo ven verklaarden, dat alle practisch mogelijke springpunten, bij een vuur met beperkt aantal projectielen, gelegen zullen zijn, binnen een ellips, die met S tot middenpunt schuin ten op- INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT 591

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 613