zichte van het assenstelsel XY zal gelegen zijn. De vergelij
king van deze ellips op die assen zal dan kunnen worden
voorgesteld door de volgende vergelijking,
M2 x2 2 02xy N2 y2 t2(1)
waarin t2 16 p2 (p 0.47693) 3.640 (2)
De kans dat een springpunt binnen deze ellips zal vallen is
0.974 of practisch zeker.
De kans dat een springpunt in het willekeurig genomen
punt S1^ zal vallen is dan volgens generaal Putz
p Ce-(I.I.+ 20'ïy »=r,feay> (3)
waarin
c= (4,
(6)
dus
Pxy e - (M2 x2 2 O2 xy -f N2y2)
Veronderstellen we nu werkelijk een springpunt in het
punt S1 waarvan de coördinaten zijn x en y dan zal volgens
de in bovengenoemd artikel door ons afgeleide formule, het
meest waarschijnlijk aantal buiten gevecht gestelde doelen
zijn (als voor een doeleenheid wederom een oppervlak van
1 M.2 wordt genomen breed 0.60 M.)
z f L/RTWT j
De kans dat het springpunt in S1 ligt, is uitgedrukt door
de formule (5). Noemen we nu de dubbele vijftig procents
lengte en hoogtespreiding der springpunten successievelijk
1 en h en die van het volle projectiel L en H, dan bestaat
zekerheid, dat het projectiel zich bevindt tusschen een x
1 en 1 en een y h en -}- h, dus is a priori het
meest waarschijnlijk aantal buiten gevecht gestelde doel-
eenheden
ZZ i» |/R2_r2 j 1 - g R'~ 1 k
-1 J-h3 I V TT R2
[/M2 N2 O4 (M2x2 2 02xy N2y2)
e J 1 J dx. dy (7)
waarin
592
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT