614 INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT colonne door een der verkenners, die verder bij de colonne moet blij ven om als gids te dienen. Indien het mogelijk is, om terrein, dat overschreden moet worden, te overzien, moet de verkenningsofficier het door zijn kijker bestudeeren, of beter nog, zal hij een panoramaschets makeD, die de kenmerkende punten duidelijk weergeeft. Wanneer een schets wordt gemaakt, moeten voorname punten, door den vijand bezette gedeelten, afstanden tusschen punten, enz. helder uitkomen en in het geheugen worden gegrift. Verhoudingen van bepaal punten moeten ook genomen worden en de richting nagegaan, waarin emarcheerd zal worden. Een eenvoudi voorwerp als een boom is om begrijpelijke redenen geen goed punt evenmin een ster, tenzij de verkenner iets afweet van astronomie. Men moet er wel aan denken, dat het te verkennen front, datgene moet zijn, dat door de marcheerende of aanvallende troepen moet ge vuld worden, en dat open stroken grind, losse steenachtige bodem, hard zand, hooge gewassen of bevroren sneeuw, die niet zonder geluid maken kunnen worden overschreden, zoo mogelijk moeten vermeden worden. Indien de verkenning van zoodanigen aard is, dat nauwkeu rig marcheeren noodig is, zal een officier den weg aangeven en voor name punten in het terrein aanteekenen, terwijl een ander officier ver antwoordelijk blijft voor de goede richting. Eene kleine opmerking, maar die misschien waard is in herinnering te worden gebracht, is, dat als men oen notitieboekje gebruikt bij eene verkenning, onder dit boekje een elastiekje moet zijn, waaronder de bladen, als ze volgeschreven zijn, kunnen worden geschoven; endaar men 's nachts gemakkelijk zijn potlood kan verliezen, moet men dit met een touwtje aan het notitieboekje bevestigen. Als dezelfde officier belast is met de verkenning in de eerste plaats tot aan, en in de tweede plaats achter de positie of stelling, zal hij, daar de tweede onderneming gevaarlijk is, zijn eerste rapport verzen den alvorens de tweede verkenning aan te vangen. Wanneer de verkenning plaats heeft voor den aanval op eene stelling, waar de troepen overdag dicht op zaten, kunnen de verken ners nauwelijks meer doen dan het opfrisschen van het geheugen, door eene beschrijving van het tusschen gelegen terrein, van de vijan delijke posities en van de situatie der mijnen en hindernissen. Bij nachtelijke operaties dragen verrassingen bij, tot het bereiken van succes; daarom moeten zij worden ondernomen, zooals de zeeman het uitdrukt, bij „vuil weer." Aan den anderen kant zullen nachtelijke operaties geen succes hebben, wanneer zij niet ordelijk en methodisch geleid worden en dit laatste is bij slecht weer bijna onmogelijk. Daar om zullen voor ondernemingen op kleine schaal regenachtige, donkere nachten het meest gewenscht zijn, terwijl voor grootere tochten mooie heldere nachten te prefereeren zijn. De formaties die bij eene nachtelijke operatie moeten worden aangeno men, de te bezigen troepen, en hunne plaatsen in de aanvals-colonne, worden geregeld naar de omstandigheden, waaronder de tocht wordt ondernomen. Cavalerie en kanonnen kunnen, indien de vijand niet dichtbij is en de wegen goed zijn, dan wel hst terrein open en zonder hindernissen is, aanzienlijke afsfanden snel afleggen en zijn daarom nuttig voor

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1911 | | pagina 636