616
INDISCH MILITAIR TIJDSCHRIFT
Daar bij nachtelijke aanvallen bet verlangde doel bereikt wordt
door ten slotte door den schok der massa te werken, moet de forma
tie zoodanig zijn, dat de grootst mogelijke concentratie wordt ver
zekerd. Daarom wordt erkend, dat een aanvalscolonne in gesloten forma
tie zich moet bewegen en aanvallen, niet in tirailleurlinie, ofschoon zij al
tijd voorafgegaan en geflankeerd wordt door patrouilles, verkenners, enz.
Eene gesloten formatie is gemakkelijk tijdens den marsch en geeft
den troep zelfvertrouwenbovendien zal een dichte colonne, niette
genstaande hare diepte, minder kwetsbaar zijn dan eene linie, want
bij nacht, zelfs al worden zoeklichten gebruikt, is geconcentreerd vuur
bijna onmogelijk (behalve bij gebruik van machinegeweren) te brengen
op een paar plaatsen, waar speciale voorbereidingen worden getroffen
de manschappen vuren toch, als het alarmsignaal voor een nachtelijken
aanval gegeven wordt, van nature recht voor zich uit.
De questie is dus deze, dat bij nacht de Napoleontische tactiek, d. i.
schokwerking verkregen in massa, door groote troepenmachten of door
deelen van groote legers moet worden aangenomen, open liniën in
zulke gevallen moeten vermeden worden. Ageert bij nacht een kleine
macht tegen een kleine macht, dan 5s ontwikkeling echter voorgeschre
ven als de beste methode voor het bereiken van succes.
Bij nachtgevechten moet stilte bewaard blijven zoo lang als dit mo
gelijk is tot aan de vijandelijke stelling, opdat hij zoo lang mogelijk
onzeker blijft van den toestand en de sterkte van den aanvaller.
Ondersteuningstroepen schijnen noodig te zijn bij eene aanvalscolonne
en ze moeten op 300 a 400 M. volgen, pioniergereedschappen dra
gende. Wel is waar zullen vele manschappen ter verbinding noodig
zijn, als de ondersteuningstroepen zoover achter blijven, om de ver
binding met den troep in front te onderhouden, maar zijn de onder-
steuniDgstroepen dichter bij de aanvalscolonne, dan zullen ze onge
twijfeld meegaan bij de eerste ontmoeting en ophouden ondersteunings
troepen te zijn.
Op de ondersteuningstroepen kan de reserve munitie volgen, even
als de machinegeweren en het berggeschut, maar klaarblijkelijk is het
beter deze beide laatste bij de reserve te laten.
De reserve kaa gering zijn in verhouding tot de sterkte der aanvals
colonne, want het tijdige en nuttige gebruik van eene groote reserve
vereischt eene nauwkeurige en directe kennis van hetgeen er gebeurt,
wat bij nacht niet mogelijk is. Ze moet zich ingraven op omstreeks
900 M. van de vijandelijke stelling, om een opnamestelling te vor
men in geval van een plotselinge paniek en verwarring, maar moet
gereedstaan om, voor het geval de strijd twijfelachtig is, haar gewicht
in de schaal te werpen want zelfs de meest onbesliste overwinning
is beter dan de ordelijkste terugtocht. Goede verbinding moet natuur
lijk behouden blijven tussehen de aanvalstroepen, de ondersteunings
troepen en de reserves.
Sommigen zijn van meening, dat bij nachtelijke operaties geen re
serve moet worden afgezonderd, wanneer overwinnen het doel is,
maar iedere valide man ingezet moc-t worden om den eersten slag
te leveren en dezen beslissend te maken. Dit is een concentratie der
krachten tot het uiterste.
De Japanners gebruikten dikwijls bij eene aanzienlijke frontbreedte